NJ 1984, 557
HR, 06-12-1983, nr. 75100
HR 06-12-1983, ECLI:NL:PHR:1983:AB9594, m.nt. A.C. 't Hart
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
6 december 1983
- Magistraten
Van Der Ven, Bronkhorst, De Groot, Jeukens, Haak, Leijten
- Zaaknummer
75100
- Noot
A.C. 't Hart
- LJN
AB9594
- JCDI
JCDI:ADS65889:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Internationaal publiekrecht (V)
Staatsrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1983:AB9594, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 06‑12‑1983
ECLI:NL:PHR:1983:AB9594, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑12‑1983
- Wetingang
ESH art. 6 lid 4; IVESC art. 8 lid 1; GW art. 94; WGMD art. 53
Essentie
Aan een tewerkgestelde in de zin van art. 1 Wet gewetensbezwaren militaire dienst komt geen stakingsrecht toe; beroep op art. 6 lid 4 Europees Sociaal Handvest faalt in verband met het door Nederland gemaakte voorbehoud; art. 8 lid 1 Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten is geen ‘een ieder verbindende bepaling’ in de zin van art. 94 Gr.w.; geen toetsing aan algemene rechtsbeginselen.
Samenvatting
Bewezenverklaring: Verdachte is als tewerkgestelde in de zin van art. 1 Wet gewetensbezwaren militaire dienst opzettelijk ongeoorloofd langer dan 14 dagen afwezig ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.