NJ 1984, 11
HR, 28-06-1983, nr. 75389
HR 28-06-1983, ECLI:NL:PHR:1983:AC8049
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
28 juni 1983
- Magistraten
Moons, Bronkhorst, De Groot, Hermans, Jeukens, Remmelink
- Zaaknummer
75389
- LJN
AC8049
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Opiumwet
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Gezondheidsrecht / Bijzondere onderwerpen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1983:AC8049, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 28‑06‑1983
ECLI:NL:PHR:1983:AC8049, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 28‑06‑1983
- Wetingang
Sv art. 261; Sv art. 359 lid 2; Opiumwet art. 2 lid 1; Opiumwet art. 2 lid 1 onder B
Essentie
1. Toereikende weerlegging van het beroep op nietigheid van de dagvaarding; voldoende feitelijke omschrijving van art. 2 lid 1 Opiumwet.
2. Toereikend bewijs dat verdachte meermalen ‘heroine’ heeft verkocht en geleverd.
Samenvatting
Ad. 1. Telastelegging: Verdachte heeft op verschillende tijdstippen in 1979 en in het tijdvak van 1 jan. 1980 tot 14 april 1980 hoeveelheden heroinebevattend materiaal verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd en/althans aanwezig gehad.
Verweer: De telastelegging is te vaag en onvoldoende feitelijk om een deugdelijke grondslag te kunnen vormen voor een ‘faire’ procesvoering.
HR: 1. Het Hof heeft de ervaringsregel ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.