NJ 1984, 23
HR, 12-10-1982, nr. 74221
HR 12-10-1982, ECLI:NL:PHR:1982:AC2662, m.nt. G.E. Mulder
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
12 oktober 1982
- Magistraten
Moons, Van Der Ven, Bronkhorst, De Waard, Hermans, Mok
- Zaaknummer
74221
- Noot
G.E. Mulder
- LJN
AC2662
- JCDI
JCDI:ADS117655:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1982:AC2662, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 12‑10‑1982
ECLI:NL:PHR:1982:AC2662, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑10‑1982
- Wetingang
Sv art. 359 lid 1; Sv art. 359 lid 3; WVW art. 26 lid 2
Essentie
De bewijsoverweging onder de streep steunt op processen-verbaal waarvan de inhoud niet in het arrest is weergegeven; nietigheid.
Samenvatting
Bewijsoverweging onder de streep: Het verweer dat verdachte zijn toestemming tot de bloedafname niet heeft verleend en niet kon verlenen aangezien hij ten tijde van de daartoe strekkende vraag bewusteloos was, wordt verworpen omdat uit het onderzoek van de R-C is gebleken dat verdachte niet buiten bewustzijn was en die toestemming wel heeft verleend. Ook het verweer dat hij toen buiten staat was zijn wil te bepalen wordt verworpen nu zulks niet aannemelijk is geworden en gelogenstraft wordt door het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.