NJ 1982, 353
HR, 26-01-1982, nr. 73546
HR 26-01-1982, ECLI:NL:PHR:1982:AC7494, m.nt. Th.W. van Veen
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
26 januari 1982
- Magistraten
Moons, Van Der Ven, Bronkhorst, De Groot, De Waard, Leijten
- Zaaknummer
73546
- Noot
Th.W. van Veen
- LJN
AC7494
- JCDI
JCDI:ADS160535:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1982:AC7494, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 26‑01‑1982
ECLI:NL:PHR:1982:AC7494, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑01‑1982
- Wetingang
Essentie
De Rb. heeft haar oordeel dat de verdachte ondanks het ontbreken van de mededeling in de zin van art. 29 lid 2 Sv in het ambtsedig-p.-v. niet in zijn belang is geschaad, onvoldoende gemotiveerd.
Samenvatting
In gevallen waarin een verklaring van een verdachte is verkregen zonder dat daaraan de mededeling in de zin van art. 29 lid 2 is voorafgegaan, zal de rechter, indien hij het mogelijk acht tot een bewezenverklaring te komen zonder die verklaring als bewijsmiddel te bezigen, de bewezenverklaring slechts mogen doen steunen op andere bewijsmiddelen, waarvan de inhoud dan krachtens art. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.