NJ 1981, 571
HR, 09-06-1981, nr. 72726
HR 09-06-1981, ECLI:NL:PHR:1981:AC0904
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
9 juni 1981
- Magistraten
Moons, Van Der Ven, Van Den Blink, Hermans, Jeukens
- Zaaknummer
72726
- LJN
AC0904
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1981:AC0904, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 09‑06‑1981
ECLI:NL:PHR:1981:AC0904, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑06‑1981
- Wetingang
RO art. 99 lid 1 onder 1°; Sv art. 284; Sv art. 296
Essentie
Maatschappelijk werkster werd zonder eed of belofte gehoord; substantiele nietigheid.
Samenvatting
Gezien de inhoud van de verklaring van de maatschappelijk werkster: ‘Ik verzoek het Hof in het bijzonder rekening te houden met de onervarenheid van verdachte ten tijde van het plegen van het feit’, is zij als getuige en/of deskundige te beschouwen, zodat zij onder ede of belofte had moeten zijn gehoord. Uit het p.-v. der terechtzitting blijkt dit echter niet, zodat moet worden aangenomen dat zulks achterwege is gebleven. Het behoort tot het wezen van het strafproces dat ter terechtzitting getuigen en deskundigen onder ede of belofte worden ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.