NJ 1980, 322
HR, 05-02-1980, nr. 71101
HR 05-02-1980, ECLI:NL:PHR:1980:AB7422
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
5 februari 1980
- Magistraten
Moons, Bronkhorst, Van Den Blink, Wijnholt, De Waard
- Zaaknummer
71101
- LJN
AB7422
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1980:AB7422, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 05‑02‑1980
ECLI:NL:PHR:1980:AB7422, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 05‑02‑1980
- Wetingang
Essentie
1. De aan art. 29 Sv ten grondslag liggende beginselen gelden niet voor een veroordeelde die als getuige wordt gehoord; klacht over onrechtmatig verkregen bewijs.
2. Onrechtmatig verkregen bewijs door ontbreken van de cautie van art. 29 Sv? Tardief verweer.
3. Middel gericht tegen overschrijding van de termijn van art. 66 lid 3 Sv door het OM.
Samenvatting
1. Middel: Het beginsel dat een verdachte niet aan zijn eigen veroordeling behoeft mee te werken en niet tot antwoorden is verplicht is ook van toepassing op veroordeelden. De Rb. heeft in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.