HR, 09-10-1979, nr. 70774

Documentgegevens:

HR 09-10-1979, ECLI:NL:PHR:1979:AC1042

Instantie: Hoge Raad (Strafkamer)
Datum: 9 oktober 1979
Magistraten: Moons, Bronkhorst, Van Den Blink, Wijnholt, De Waard
Zaaknummer: 70774
LJN: AC1042
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Materieel strafrecht / Algemeen
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:1979:AC1042, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 09‑10‑1979
ECLI:NL:PHR:1979:AC1042, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑10‑1979
Wetingang: Sr art. 51; Sr art. 55; Sv art. 311; Sv art. 326; Sv art. 344; Sv art. 359; APV Sluis art. 24; APV Sluis art. 25

Essentie

Het staat de rechter vrij een p.v. overeenkomstig art. 152 Sv. opgemaakt tegen een zekere verdachte als bewijsmiddel te bezigen in een strafzaak tegen een andere verdachte.

Een standplaats innemen: de verhouding tussen art. 24 en art. 25 APV Sluis.

Enige verweren wel, andere niet voldoende weerlegd: toch geen cassatie.

De vordering behoeft geen vermelding in het proces-verbaal.

De strafoplegging berust mede op art. 51 Sr.

Voorgaande uitspraak

Arrest gewezen op het beroep in cassatie ingesteld tegen een vonnis van de Rb. te Middelburg van 16 maart ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.