HR, 07-02-1978, nr. 69345

Documentgegevens:

HR 07-02-1978, ECLI:NL:PHR:1978:AB7391

Instantie: Hoge Raad (Strafkamer)
Datum: 7 februari 1978
Magistraten: Moons, Fikkert, Bronkhorst, Van Den Blink, Wijnholt
Zaaknummer: 69345
LJN: AB7391
Vakgebied(en): Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Materieel strafrecht / Algemeen
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:1978:AB7391, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 07‑02‑1978
ECLI:NL:PHR:1978:AB7391, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑02‑1978
Wetingang: Sr art. 37; Sr art. 38; Sr art. 39; Sr art. 40; Sr art. 41; Sr art. 42; Sr art. 43; Sr art. 44; Sr art. 416; Sv art. 261

Essentie

Heling; moet niet worden gesteld en bewezen dat het misdrijf waardoor het voorwerp is verkregen door een ander is gepleegd?

Toereikend bewijs van — voorwaardelijk — opzet op heling van door diefstal verkregen goed.

Samenvatting

Aan veroordeling wegens heling staat in de weg dat verdachte het voorwerp zelf door misdrijf heeft verkregen. Dat dit niet het geval is behoeft niet aan verdachte te worden ten laste gelegd en te worden bewezen, maar moet worden aangemerkt als iets wat, indien uit het onderzoek ter terechtzitting aannemelijk geworden, een veroordeling wegens heling uitgesloten doet zijn.

Voorgaande uitspraak

Op het beroep ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.