NJ 1976, 311
HR, 03-02-1976, nr. 954
HR 03-02-1976, ECLI:NL:PHR:1976:AB3588, m.nt. Th.W. van Veen
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
3 februari 1976
- Magistraten
Dubbink, Vroom, Fikkert, Van Der Ven, Bronkhorst
- Zaaknummer
954
- Noot
Th.W. van Veen
- LJN
AB3588
- JCDI
JCDI:ADS146561:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Voorfase
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1976:AB3588, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 03‑02‑1976
ECLI:NL:PHR:1976:AB3588, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑02‑1976
- Wetingang
Essentie
1. Onbegrijpelijke of onvoldoende motivering? Gezamenlijkheid.
2. ‘Gevorderd’ of ‘bevolen’.
3. Ongecontroleerd bezit in strijd met de wet of het algemeen belang.
4. Ondeugdelijke grond van verwerping van requirants betoog? Kan de inbeslagneming niet strekken tot het veiligstellen van de mogelijkheid van verbeurdverklaring of van het aan de dag brengen van de waarheid?
5. Heeft het Hof een stelling van klager onbesproken gelaten?
Samenvatting
Hoge Raad: Het Hof is gekomen tot zijn oordeel, dat het ongecontroleerd bezit in strijd is met de wet, althans met het algemeen belang, op grond van de omstandigheid dat die zaken als gezamenlijkheid ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.