NJ 1976, 6
HR, 24-06-1975, nr. 67812
HR 24-06-1975, ECLI:NL:PHR:1975:AB5832
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
24 juni 1975
- Magistraten
Dubbink, Vroom, Fikkert, Van Der Ven, Bronkhorst
- Zaaknummer
67812
- LJN
AB5832
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1975:AB5832, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 24‑06‑1975
ECLI:NL:PHR:1975:AB5832, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 24‑06‑1975
- Wetingang
Essentie
Hoe, indien de Rechtbank niet overeenkomstig art. 279, lid 4, Sv. tot beraadslaging overgaat en uitspraak doet?
Art. 33, lid 1, WVW behelst geen opsporingsbevoegdheid.
Samenvatting
Advocaat-Generaal Remmelink: Inderdaad had voor het onderzoek der zaak enige uitspraak op dit beroep behoren te volgen, maar het geldt hier geen substantiele vorm. (Door Hoge Raad niet beslist.)
Hoge Raad: De stelling, dat art. 33, lid 1, WVW een opsporingsbevoegdheid toekent, vindt geen steun in de wet.
Voorgaande uitspraak
Op het beroep van L., geboren te Rotterdam op 23 aug. 1930, van beroep ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.