NJ 1974, 441
HR, 25-06-1974
HR 25-06-1974, ECLI:NL:PHR:1974:AB5955
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
25 juni 1974
- Magistraten
Kazemier, Vroom, Fikkert, Van Der Ven, Enschede
- Zaaknummer
[1974-06-25/NJ_54855]
- LJN
AB5955
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Materieel strafrecht (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1974:AB5955, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 25‑06‑1974
ECLI:NL:PHR:1974:AB5955, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑06‑1974
- Wetingang
Sr art. 56; Sv art. 350; Sv art. 358; Sv art. 359
Essentie
Voortgezette handeling? Onjuiste kwalificatie.
Samenvatting
Nu het bewezenverklaarde meerdere gelijksoortige overtredingen oplevert, had de Politierechter behoren uit te maken, of deze feiten als een voortgezette handeling dan wel als meerdere op zichzelf staande handelingen waren aan te merken, waarna het bewezene in overeenstemming daarmede had moeten zijn gekwalificeerd; de aantekening van het mondeling vonnis vermeldt echter niet, dat de Politierechter hetzij art. 56 hetzij art. 62 Sr. heeft aangehaald en behelst ook overigens niets waaruit blijkt van een door de Politierechter gemaakte keuze, hebbende deze integendeel het bewezene gekwalificeerd als waren niet meerdere doch slechts een feit bewezen; ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.