NJ 1974, 53
HR, 27-11-1973
HR 27-11-1973, ECLI:NL:PHR:1973:AB6189
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
27 november 1973
- Magistraten
Kazemier, Moons, Vroom, Van Der Ven, Enschede
- Zaaknummer
[1973-11-27/NJ_54467]
- LJN
AB6189
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1973:AB6189, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 27‑11‑1973
ECLI:NL:PHR:1973:AB6189, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑11‑1973
- Wetingang
Sv art. 358; Sv art. 350; RVV art. 80; RVV art. 121
Essentie
Voor vertogen van de Officier van Justitie geldt niet art. 358, lid 3, Sv. Beperking van de werkingssfeer van borden 12 en 13 van Bijlage II bij het RVV door onderbord ‘Niet voor fietsers’. Toelaatbare niet-bewezenverklaring van deel van de aan de telastelegging toegevoegde rechtskundige uiteenzetting. Betekenis van het verbod van art. 80, lid 3, RVV.
Samenvatting
Met betrekking tot vertogen van de Officier van Justitie behelst de wet niet een verplichting als in het eerste middel bedoeld (zoals ten aanzien van door verdachte uitdrukkelijk voorgedragen verweren door art. 358, lid 3, Sv. wordt vereist. Red.).
Anders ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.