NJ 1973, 334
HR, 05-06-1973
HR 05-06-1973, ECLI:NL:PHR:1973:AB3838, m.nt. Th.W. van Veen
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
5 juni 1973
- Magistraten
Kazemier, Moons, Fikkert, Van Dijk, Van Der Ven
- Zaaknummer
[1973-06-05/NJ_54224]
- Noot
Th.W. van Veen
- LJN
AB3838
- JCDI
JCDI:ADS117274:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1973:AB3838, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 05‑06‑1973
ECLI:NL:PHR:1973:AB3838, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 05‑06‑1973
- Wetingang
Sv art. 344
Essentie
Verklaring dat iets uit een onderzoek is komen vast te staan niet een mededeling als bedoeld in art. 344, eerste lid, onder 2e, Sv.
Samenvatting
Ambtshalve:
De bewezenverklaring steunt onder meer op het als bewijsmiddel gebezigde ambtsedige proces-verbaal voorzover dit zakelijk weergegeven — onder andere — inhoudt: ‘dat uit een door hen, verbalisanten, ingesteld onderzoek is komen vast te staan, dat de verdachte in cafe Brouwer zeker 5 a 6 borrels jonge jenever heeft genuttigd’. Dit gedeelte van dat proces-verbaal, waarin verbalisanten als hun oordeel te kennen geven, dat het daarin omschreven feit is komen vast te staan, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.