NJ 1972, 378
HR, 18-01-1972: Joyriding
HR 18-01-1972, ECLI:NL:PHR:1972:AB5155, m.nt. C. Bronkhorst (Joyriding,Joyriding IV)
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
18 januari 1972
- Magistraten
Kazemier, Moons, Van Dijk, Van Der Ven, Enschede
- Zaaknummer
[1972-01-18/NJ_53750]
- Conclusie
A-G Remmelin k
- Noot
C. Bronkhorst
- LJN
AB5155
- Roepnaam
Joyriding
Joyriding IV
- JCDI
JCDI:ADS65613:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Materieel strafrecht / Sancties
Materieel strafrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1972:AB5155, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 18‑01‑1972
ECLI:NL:PHR:1972:AB5155, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑01‑1972
- Wetingang
Sr art. 68; WVW art. 37; WVW art. 25; RVV art. 13
Essentie
Veroordeling op grond van art. 37 WVW staat in casu niet in de weg aan vervolging wegens overtreding van artt. 25 WVW en 13 RVV.
Samenvatting
Niet kan worden gezegd, dat art. 37 WVW strekt ter bevordering van de verkeersveiligheid in dezelfde rechtstreekse zin als dit ten aanzien van art. 25 WVW of art. 13 RVV het geval is, terwijl ook het verwijt, dat de dader wegens een overtreding van art. 37 kan worden gemaakt, niet van gelijksoortige aard is als wanneer het gaat om een overtreding van een der beide andere bepalingen.
Art. 68 Sr. verbiedt dan ook een vervolging wegens overtreding van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.