NJ 1969, 193
HR, 17-12-1968
HR 17-12-1968, ECLI:NL:PHR:1968:AB5137
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
17 december 1968
- Magistraten
Feber, Kazemier, Eijssen, De Meijere, Ras
- Zaaknummer
[1968-12-17/NJ_52091]
- LJN
AB5137
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Materieel strafrecht (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1968:AB5137, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 17‑12‑1968
ECLI:NL:PHR:1968:AB5137, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 17‑12‑1968
- Wetingang
Sv art. 348; Sr art. 66
Essentie
De Pol.r. had ter vaststelling van de ontvankelijkheid van de OvJ overeenkomstig art. 348 Sv. moeten onderzoeken of het feit voor 15 juni 1967 dan wel op of na deze datum was gepleegd.
Samenvatting
Ingevolge art. 269 jo 66 Sr. is het telastegelegde slechts vervolgbaar en mitsdien de OvJ slechts ontvankelijk op klacht, ingediend gedurende drie maanden nadat de tot klacht gerechtigde kennis heeft bekomen van het misdrijf.
De aantekening van het mondeling vonnis van de Pol.r. houdt geen beslissing in over de al of niet ontvankelijkheid van de OvJ en het p.-v. van de t. t.r.z. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.