NJ 1966, 270
HR, 19-10-1965
HR 19-10-1965, ECLI:NL:PHR:1965:AB5308, m.nt. Ch.J. Enschedé
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
19 oktober 1965
- Magistraten
Feber, Westerouen Van Meeteren, Kazemier, Eijssen, De Meijere
- Zaaknummer
[1965-10-19/NJ_50728]
- Noot
Ch.J. Enschedé
- LJN
AB5308
- JCDI
JCDI:ADS117183:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Materieel strafrecht (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1965:AB5308, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 19‑10‑1965
ECLI:NL:PHR:1965:AB5308, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 19‑10‑1965
- Wetingang
Sr art. 174; Sv art. 359
Essentie
Uit de bewijsmiddelen kon worden afgeleid, dat het vlees schadelijk was voor de gezondheid en het leven van de mens en dat rekw. dit moet hebben geweten.
Samenvatting
Uit de als bewijsmiddel gebezigde verklaringen van de getuigen-deskundigen heeft het Hof kunnen afleiden, dat het vlees tengevolge van de in de bewezenverklaring beschreven omstandigheden schadelijk was voor de gezondheid en het leven van de mens. Op grond van de als bewijsmiddel gebezigde verklaringen van de getuigen-deskundigen omtrent de uiterlijke toestand van het vlees, bezien in verband met de als bewijsmiddel gebezigde verklaring van rekw., dat hij als grossier in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.