NJ 1965, 167
HR, 17-11-1964
HR 17-11-1964, ECLI:NL:PHR:1964:AB5114
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
17 november 1964
- Magistraten
Feber, Westerouen Van Meeteren, Kazemier, Loeff, Eijssen
- Zaaknummer
[1964-11-17/NJ_50179]
- LJN
AB5114
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Materieel strafrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1964:AB5114, Uitspraak, Hoge Raad, 17‑11‑1964
ECLI:NL:PHR:1964:AB5114, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 17‑11‑1964
- Wetingang
Sr art. 180
Essentie
Wederspannigheid tegen politieambtenaren.
Samenvatting
Hof: Naar aanleiding van het bij monde van verd.'s raadsman gevoerde verweer, ‘dat in de t.l.l. op geen enkele wijze tot uitdrukking is gebracht dat en hoe de wil van verbalisanten (om verd. in een bepaalde richting — te weten naar het Bureau van Politie te Tilburg — te brengen) aan verd. is geopenbaard in welk geval het verzet niet strafbaar zou zijn’, heeft het Hof overwogen, dat het sub 2 telastegelegde de omschrijving van ‘het verzet’ (voorkomende in de vier laatste regels) genoegzaam insluit, dat verd. zich heeft verzet tegen een hem door feitelijkheden ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.