NJ 1961, 417
HR, 18-10-1960: Tuinman
HR 18-10-1960, ECLI:NL:HR:1960:114, m.nt. W.P.J. Pompe (Tuinman)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 oktober 1960
- Magistraten
Mrs. Van der Meulen, Feber, Westerouen van Meeteren [Rapp.], Kazemier, Dubbink;
- Zaaknummer
[1960-10-18/NJ_131201]
- Conclusie
A-G Van Oosten
- Noot
W.P.J. Pompe
- Roepnaam
Tuinman
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS117124:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht (V)
Archief (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1960:114, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑10‑1960
- Wetingang
Essentie
‘Ontucht plegen met een in een krankzinnigengesticht opgenomen persoon door een beambte of bediende in dat gesticht’. Onzuivere vrijspraak.
Samenvatting
Ingevolge art. 249 tweede lid aanhef en onder 2° Sr. — voor zover te dezen van belang — wordt gestraft de beambte, opzichter of bediende in een krankzinnigengesticht, die ontucht pleegt met een persoon daarin opgenomen. De woorden der laatste zinsnede kunnen niet aldus worden verstaan, dat zij slechts betrekking hebben op ontucht, welke in oorzakelijk verband staat met de omstandigheid, dat de dader beambte, opzichter of bediende in het krankzinnigengesticht was en dat de persoon, met wie de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.