NJ 1927, p. 85
HR, 20-12-1926: De auditu
HR 20-12-1926, ECLI:NL:PHR:1926:BG9435 (De auditu)
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
20 december 1926
- Magistraten
Mrs. Jhr. De Savornin Lohman, Savelberg, Jhr. Feith, Ort en Taverne;
- Zaaknummer
[1926-12-20/NJ_131205]
- Conclusie
A-G Besier
- LJN
BG9435
- Roepnaam
De auditu
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Archief (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1926:BG9435, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 20‑12‑1926
ECLI:NL:PHR:1926:BG9435, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑12‑1926
- Wetingang
Essentie
Getuigenis van hooren zeggen.
Samenvatting
Art. 295 Sv. stelt niet den eisch, dat blijke, dat is voldaan aan hetgeen art. 187 voorschrijft aangaande het daar bedoelde verhoor.
De wet kent niet het voorbehoud, dat de verklaring van een getuige omtrent een uitlating van een ander enkel is gebezigd als het bewijs van het feit dier uitlating en daarmede kan niet worden bereikt, dat de verklaring van dien getuige niet heeft gediend tot het bewijs der telastelegging,. Met name moet in casu worden uitgesloten , dat het gemaakte voorbehoud de beteekenis zou hebben, dat de getuigenverklaring slechts zou zijn ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.