NJB 2012/663
HR, 28-02-2012, nr. S 10/02150
HR 28-02-2012, ECLI:NL:HR:2012:BR2897
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
28 februari 2012
- Magistraten
Mrs. Van Schendel, De Hullu, Splinter-van Kan, Groos en Sterk
- Zaaknummer
S 10/02150
- Conclusie
A-G Aben
- LJN
BR2897
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2012:BR2897, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 28‑02‑2012
- Wetingang
Essentie
Uiteenzetting door de Hoge Raad waarom ‘verbranden’ in art. 151 Sr niet alleen betekent het volledig tot as reduceren van het lijk (cremeren) maar daaronder ook verstaan moet worden het ‘verbranden’ van het lijk als in deze zaak
Uitspraak
De verdachte werd in hoger beroep veroordeeld tot een gevangenisstraf van 15 jaren wegens:
- 1)
medeplegen van moord
- 2)
medeplegen van opzettelijk brand stichten terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen te duchten is
- 3)
medeplegen van een lijk verbranden met het oogmerk om de oorzaak van het overlijden te verhelen.
Beoordeling door de Hoge Raad van het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.