Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 1380/2013 inzake het gemeenschappelijk visserijbeleid, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 1954/2003 en (EG) nr. 1224/2009 van de Raad en tot intrekking van Verordeningen (EG) nr. 2371/2002 en (EG) nr. 639/2004 van de Raad en Besluit 2004/585/EG van de Raad
Artikel 36 Doelstellingen
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2014
- Redactionele toelichting
Gecorrigeerd via een rectificatie (PbEU 2018, L 122).
- Bronpublicatie:
17-12-2013, PbEU 2013, L 354 (uitgifte: 28-12-2013, regelingnummer: 1385/2013)
- Inwerkingtreding
01-01-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-12-2013, PbEU 2013, L 354 (uitgifte: 28-12-2013, regelingnummer: 1385/2013)
- Vakgebied(en)
Dierenrecht / Bijzondere onderwerpen
Natuurbeschermingsrecht / Gebiedsbescherming
Natuurbeschermingsrecht / Soortenbescherming
1.
De naleving van de voorschriften van het gemeenschappelijk visserijbeleid wordt gewaarborgd door een doeltreffend visserijcontrolesysteem van de Unie, onder meer op het gebied van de bestrijding van IOO-visserij.
2.
De controle en de handhaving van het gemeenschappelijk visserijbeleid worden in het bijzonder gebaseerd op en omvatten het volgende:
- a)
een mondiale, geïntegreerde en gemeenschappelijke aanpak;
- b)
samenwerking en coördinatie tussen de lidstaten, de Commissie en het Bureau;
- c)
kostenefficiëntie en proportionaliteit;
- d)
het gebruik van efficiënte controletechnologieën, die de beschikbaarheid en de kwaliteit van de gegevens betreffende de visserij moeten bevorderen;
- e)
een Uniekader voor controle, inspectie en handhaving;
- f)
een risicogebaseerde strategie die gericht is op systematische en geautomatiseerde kruiscontroles van alle beschikbare, relevante gegevens;
- g)
de ontwikkeling van een cultuur van naleving en samenwerking bij alle marktdeelnemers en vissers.
De Unie neemt passende maatregelen met betrekking tot derde landen die niet-duurzame visserij toestaan.
3.
De lidstaten stellen passende maatregelen vast, waaronder doeltreffende, evenredige en afschrikkende sancties, om de onder het gemeenschappelijk visserijbeleid vallende activiteiten te controleren, te inspecteren en te handhaven.
4.
In afwijking van lid 1 is Frankrijk tot en met 31 december 2021 vrijgesteld van de verplichting om in zijn register van de vissersvaartuigen van de Unie vaartuigen op te nemen met een lengte over alles van minder tien meter die opereren vanuit Mayotte.
5.
Tot en met 31 december 2021 houdt Frankrijk een voorlopig register bij van de vissersvaartuigen met een lengte over alles van minder dan tien meter die vanuit Mayotte opereren. Dit register bevat voor elk vaartuig ten minste de naam, de lengte over alles en een identificatiecode. Vaartuigen die in het voorlopig register zijn opgenomen, worden beschouwd als in Mayotte geregistreerde vaartuigen.