Einde inhoudsopgave
Wet politiegegevens
Artikel 36b
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2019
- Bronpublicatie:
03-04-2019, Stb. 2019, 142 (uitgifte: 12-04-2019, kamerstukken: 34976)
- Inwerkingtreding
01-07-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-06-2019, Stb. 2019, 213 (uitgifte: 14-06-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Defensie
- Vakgebied(en)
Politierecht / Algemeen
Informatierecht / ICT-recht
Openbare orde en veiligheid / Algemeen
In afwijking van artikel 1, onder b, f en k, wordt voor de toepassing van deze wet in de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba uitsluitend verstaan onder:
- a.
politietaak: de taken, bedoeld in artikel 5 van de Rijkswet politie van Curaçao, van Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba, van het politiekorps voor Bonaire, Sint Eustatius en Saba, de taken, bedoeld in artikel 2, derde lid, onder a, van de Rijkswet Kustwacht voor Aruba, Curaçao en Sint Maarten alsmede voor de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba en de taken, bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Veiligheidswet BES;
- b.
verantwoordelijke: dit is bij:
- 1°
het politiekorps, bedoeld in artikel 4, tweede volzin, van de Rijkswet politie van Curaçao, van Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba: Onze Minister van Justitie en Veiligheid;
- 2°
de rijksrecherche: het College van procureurs-generaal;
- 3°
de Koninklijke marechaussee: Onze Minister van Defensie;
- 4°
de buitengewone agenten van politie: Onze Minister van Justitie en Veiligheid;
- 5°
de Kustwacht, bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Rijkswet Kustwacht voor Aruba, Curaçao en Sint Maarten alsmede voor de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba: Onze Minister van Defensie;
- 6°
het recherchesamenwerkingsteam, bedoeld in artikel 57a van de Rijkswet politie van Curaçao, van Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba: Onze Minister van Justitie en Veiligheid.
- c.
ambtenaar van politie: de ambtenaar van politie, belast met de uitvoering van de taken, bedoeld onder a, de ambtenaar van de Koninklijke marechaussee voor zover werkzaam ter uitvoering van de politietaken, bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Veiligheidswet BES, de commandant en door hem aangewezen opvarenden van de Kustwacht voor zover werkzaam ter uitvoering van de politietaken alsmede de buitengewone agenten van politie, bedoeld in artikel 10 van de Rijkswet politie van Curaçao, van Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba voor zover zij werkzaam zijn ter uitvoering van de politietaken.