Einde inhoudsopgave
Regeling Europese EZK- en LNV-subsidies 2021
Artikel 5.4.10 Rangschikkingscriteria
Geldend
Geldend van 23-07-2022 tot 01-08-2027
- Bronpublicatie:
11-07-2022, Stcrt. 2022, 18453 (uitgifte: 22-07-2022, regelingnummer: WJZ/ 22162633)
- Inwerkingtreding
23-07-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-07-2022, Stcrt. 2022, 18453 (uitgifte: 22-07-2022, regelingnummer: WJZ/ 22162633)
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Bijzondere onderwerpen
Bestuursrecht algemeen / Subsidie
1.
De minister kent aan een aanvraag, op basis van het bijbehorende projectplan, een hoger aantal punten toe aan de hand van de volgende criteria:
- a.
de mate van inhoudelijke diepgang, waaraan ten hoogste de volgende punten worden toegekend:
- 1°
de doelstellingen zijn toepasselijk en duidelijk omschreven: ten hoogste 5 punten;
- 2°
het voorstel bouwt voldoende voort op wetenschappelijke kennis: ten hoogste 16 punten;
- 3°
de voorgestelde methode of aanpak om de doelstellingen te bereiken is duidelijk omschreven en realistisch: ten hoogste 5 punten;
- 4°
de kwaliteit van de kennisinstelling of onderzoeksorganisatie is voldoende of er is voldoende kennis aanwezig bij de verschillende deelnemers waaronder medewerkers, projectcoördinatoren en partners: ten hoogste 5 punten;
- 5°
het voorstel is voldoende creatief en heeft voldoende stimulerend potentieel: ten hoogste 5 punten;
- b.
de mate van relevantie voor de imkerpraktijk en potentiële impact van de activiteiten voor de imkerpraktijk, waaraan ten hoogste 45 punten worden toegekend;
- c.
de kwaliteit en efficiëntie van het voorstel, waaraan ten hoogste de volgende punten worden toegekend:
- 1°
de kwaliteit en effectiviteit van het werkplan, inclusief de mate waarin de mensen en middelen worden ingezet, zijn voldoende om de doelstellingen en producten te realiseren: ten hoogste 2 punten;
- 2°
de managementstructuren en procedures zijn voldoende, inclusief risico’s, ethische kwesties en omgang met gegevens om de activiteiten uit te voeren: ten hoogste 1 punt;
- 3°
de complementariteit van de deelnemers is voldoende zodat de onderzoeksgroep of het samenwerkingsverband de noodzakelijke expertise kan leveren: ten hoogste 2 punten;
- 4°
de rolverdeling in het voorstel is duidelijk omschreven: ten hoogste 2 punten;
- 5°
de budgettering van het projectplan is voldoende: ten hoogste 2 punten.
2.
Het aantal punten dat wordt behaald, betreft het totaal van de punten die op grond van de onderdelen a, b en c van het eerste lid worden toegekend. Het maximum aantal punten is 90.
3.
De minister rangschikt de aanvragen waarop niet afwijzend is beslist hoger naarmate in totaal meer punten aan het project zijn toegekend.
4.
In afwijking van artikel 2.6, tweede lid, rangschikt de minister indien aan twee of meer aanvragen in totaal een gelijk aantal punten is toegekend, een aanvraag hoger naarmate meer punten zijn toegekend aan respectievelijk onderdeel a en b van het eerste lid.