Einde inhoudsopgave
Verordening op de advocatuur
Artikel 6.24 Beroepsaansprakelijkheidsverzekering
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2019
- Bronpublicatie:
29-03-2018, Stcrt. 2018, 20907 (uitgifte: 11-04-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-03-2018, Stcrt. 2018, 20907 (uitgifte: 11-04-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Advocaat
1.
De advocaat is adequaat verzekerd ter zake van het risico van zijn beroepsaansprakelijkheid.
2.
Het eerste lid is niet van toepassing op het risico dat een advocaat die de praktijk in dienst uitoefent schade toebrengt aan zijn werkgever of in de groep met de werkgever verbonden rechtspersonen, voor zover de werkgever of in de groep met de werkgever verbonden rechtspersonen hem voor deze schade op voorhand schriftelijk vrijwaart. In dat geval blijft voor de advocaat die de praktijk in dienst uitoefent de verplichting bestaan een aansprakelijkheidsverzekering te sluiten voor schade, als advocaat toegebracht aan derden.
3.
Het eerste lid is niet van toepassing op het risico dat een advocaat die de praktijk in dienst uitoefent schade toebrengt aan derden, indien de werkgever de Staat is en deze de advocaat hiervoor op voorhand schriftelijk vrijwaart conform het model, bedoeld in het vijfde lid.
4.
De advocaat gaat de verzekering aan met een verzekeraar van wie aannemelijk is dat deze voldoet aan redelijkerwijs te stellen eisen van solvabiliteit.
5.
De algemene raad stelt een model van de vrijwaring vast en kan bij wijzigingen van dat model bepalen wanneer bestaande vrijwaringen moeten worden aangepast.