Het voorlopig getuigenverhoor
Einde inhoudsopgave
Het voorlopig getuigenverhoor (BPP nr. XVII) 2015/225:225 Een aan de vereisten voldoend verzoek kan worden afgewezen
Het voorlopig getuigenverhoor (BPP nr. XVII) 2015/225
225 Een aan de vereisten voldoend verzoek kan worden afgewezen
Documentgegevens:
Mr. E.F. Groot, datum 01-01-2015
- Datum
01-01-2015
- Auteur
Mr. E.F. Groot
- JCDI
JCDI:ADS454646:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Volgens de tekst van art. 186 Rv kan de rechter een voorlopig getuigenverhoor bevelen. Tijdens de behandeling van het nieuwe bewijsrecht stelde de minister buiten twijfel dat de rechter niet verplicht is een verzoek tot het houden van een voorlopig getuigenverhoor toe te wijzen: “Voorts valt erop te wijzen dat de rechter slechts een bevoegdheid wordt verleend dit verhoor toe te staan en niet een verplichting. (…) De rechter behoudt (…) ook indien tijdens een geding een voorlopig getuigenverhoor wordt verzocht, de bevoegdheid om zonodig, afhankelijk van de omstandigheden van het geval, een dergelijk verzoek af te wijzen.”1 Dit houdt in, dat zelfs een aan de wettelijke eisen voldoend verzoek (lees: de feiten lenen zich voor een voorlopig getuigenverhoor, zijn ter zake dienend en voldoende concreet) niet behoeft te worden toegewezen.2
De wet geeft niet aan op welke gronden de rechter een verzoek mag afwijzen en ook de parlementaire geschiedenis biedt hiervoor geen aanwijzingen. De beantwoording van de vraag wanneer een verzoek mag worden afgewezen, is daarmee overgelaten aan de rechtspraak.