Einde inhoudsopgave
Wetboek van Strafvordering
Artikel 36g [Dagvaarding of oproeping naar adres verdachte]
Geldend
Geldend vanaf 25-07-2020
- Bronpublicatie:
24-06-2020, Stb. 2020, 225 (uitgifte: 03-07-2020, kamerstukken: 35436)
- Inwerkingtreding
25-07-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-07-2020, Stb. 2020, 286 (uitgifte: 24-07-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht (V)
1.
In de volgende gevallen wordt een afschrift van de dagvaarding of oproeping van de verdachte om op de terechtzitting of nadere terechtzitting te verschijnen toegezonden aan het laatste door de verdachte opgegeven adres:
- a.
indien de verdachte bij zijn eerste verhoor in de desbetreffende strafzaak aan de verhorende ambtenaar een adres in Nederland heeft opgegeven waaraan mededelingen over de strafzaak kunnen worden toegezonden;
- b.
indien de verdachte bij het begin van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg een adres in Nederland heeft opgegeven waaraan mededelingen over de strafzaak kunnen worden toegezonden;
- c.
indien door of namens de verdachte bij het instellen van een gewoon rechtsmiddel in de betrokken zaak een adres in Nederland is opgegeven waaraan mededelingen over de strafzaak kunnen worden toegezonden.
2.
De verdachte kan het adres, bedoeld in het eerste lid, wijzigen.
3.
Verzending van een afschrift als bedoeld in het eerste lid kan achterwege blijven indien:
- a.
het opgegeven adres gelijk is aan het adres waaraan de dagvaarding of oproeping ingevolge artikel 36e wordt uitgereikt;
- b.
de verdachte, nadat hij bij een eerdere gelegenheid als bedoeld in het eerste lid een adres heeft opgegeven waaraan mededelingen over de strafzaak kunnen worden toegezonden, bij een volgende gelegenheid uitdrukkelijk te kennen geeft dit adres niet te willen handhaven;
- c.
de geadresseerde nadat hij een adres als bedoeld in het eerste lid heeft opgegeven, het adres waar hij als ingezetene is ingeschreven in de basisregistratie personen wijzigt;
- d.
de dagvaarding of oproeping inmiddels aan de verdachte in persoon is uitgereikt.
4.
Bij de verzending, bedoeld in het eerste lid, wordt de voor de dagvaarding of oproeping geldende termijn in acht genomen.
5.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot de toepassing van dit artikel.