RvdW 2014/286
Procesrecht. Caribische zaak. Is voldoende aannemelijk dat het griffierecht in appel tijdig is voldaan?
HR 07-02-2014, ECLI:NL:HR:2014:272
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
7 februari 2014
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, C.E. Drion, G. de Groot
- Zaaknummer
13/00491
- Conclusie
A-G mr. E.M. Wesseling-van Gent
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:272, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 07‑02‑2014
ECLI:NL:PHR:2013:1230, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑11‑2013
Essentie
Procesrecht. Caribische zaak. Is voldoende aannemelijk dat het griffierecht in appel tijdig is voldaan?
Partij(en)
- 1.
[verzoekster 1],
- 2.
[verzoekster 2],
- 3.
[verzoekster 3],
- 4.
[verzoekster 4],
- 5.
[verzoeker 5],
- 6.
[verzoekster 6],
verzoeksters tot cassatie, adv.: mr. J.W.H. van Wijk en mr. S.M. Kingma,
tegen [verweerder], verweerder in cassatie, niet verschenen.
Conclusie
Conclusie A-G mr. E.M. Wesseling-van Gent:
Kernvraag in de onderhavige procedure is of het hof het hoger beroep van verzoekers tot cassatie, hierna: [verzoeker] c.s., terecht vervallen heeft verklaard op de grond dat [verzoeker] c.s. het verschuldigde griffierecht niet tijdig hebben betaald.