NJ 2018/218
OM-cassatie. Postpakket met luchtdrukwapen door douane op Schiphol onderschept. Uitleg ‘een sprekende gelijkenis’ als bedoeld in art. 3 RWM.
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
6 februari 2018
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, A.J.A. van Dorst, E.S.G.N.A.I. van de Griend, A.L.J. van Strien, M.T. Boerlage
- Zaaknummer
16/04719
- Conclusie
A-G mr. D.J.C. Aben
- Noot
H.J.B. Sackers
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS154404:1
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Wapens en munitie
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:153, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 06‑02‑2018
ECLI:NL:PHR:2017:1196, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑09‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 21‑11‑2016
- Wetingang
Art. 2 lid 1 Richtlijn 2009/48/EG; art. 2 lid 1, art. 13 lid 1, art. 27 lid 1 WWM 1997; art. 3 aanhef en onder a Regeling wapens en munitie
Essentie
OM-cassatie. Postpakket met luchtdrukwapen door douane op Schiphol onderschept. Uitleg ‘een sprekende gelijkenis’ als bedoeld in art. 3 RWM. Een binnen het grondgebied van Nederland doen komen van een luchtdrukgeweer levert geen strafbaar feit op, tenzij het wat betreft zijn vorm en afmetingen een sprekende gelijkenis vertoont met een vuurwapen. Een met de bedoeling van de wetgever strokende uitleg van art. 3 RWM houdt in dat onder een lucht-, gas- of veerdrukwapen dat wat betreft vorm en afmetingen ‘een sprekende gelijkenis’ vertoont met een vuurwapen moet worden verstaan: een wapen als voormeld dat wat betreft vorm en afmetingen niet ...