V-N 2020/29.37.2
Gebruikte kampeerauto niet gelijk aan gebruikte bestelauto voor BPM
HR 05-06-2020, ECLI:NL:HR:2020:1004
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
5 juni 2020
- Zaaknummer
19/02985
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht (V)
Belastingheffing van motorrijtuigen / Belasting van personenauto's en motorrijwielen
Fiscaal bestuursrecht / Aangifte
Fiscaal procesrecht / Griffierecht
Fiscaal bestuursrecht / Algemene rechtsbeginselen en abbb
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1004, Uitspraak, Hoge Raad, 05‑06‑2020
- Wetingang
Essentie
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt in hoger beroep dat er wezenlijke verschillen bestaan tussen gebruikte bestelauto’s en gebruikte kampeerauto’s. Met name door de recreatieve voorzieningen is er verschil in intensiteit van het gebruik van beide soorten voertuigen. De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 lid 1 Wet RO).
Samenvatting
X koopt een gebruikte kampeerwagen in Duitsland voor € 47.600 inclusief (Duitse) BTW. X dient een BPM-aangifte in en betaalt € 5429. In geschil is of terecht een naheffingsaanslag is opgelegd van € 3703. De daaraan ten grondslag liggende afschrijving (23,5%) is bepaald ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.