AB 2013/195
Planschade. Bij planvergelijking tussen een bestemmingsplan en een nieuw planologisch regime niet uitgaan van maximale mogelijkheden van de uitwerkingsregels van het bestemmingsplan.
ABRvS 07-11-2012, ECLI:NL:RVS:2012:BY2475, m.nt. G.M. van den Broek
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
7 november 2012
- Magistraten
Mrs. C.H.M. van Altena, J.C. Kranenburg, N.S.J. Koeman
- Zaaknummer
201110908/1/A2.
- Noot
G.M. van den Broek
- LJN
BY2475
- JCDI
JCDI:ADS914402:1
- Vakgebied(en)
Ruimtelijk bestuursrecht / Procedure bestemmingsplan
Ruimtelijk bestuursrecht / Ruimtelijke ordening
Ruimtelijk bestuursrecht / Tegemoetkoming in schade (planschade)
Overheidsfinanciën / Bijzondere onderwerpen
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2012:BY2475, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 07‑11‑2012
- Wetingang
Art. 3.6 lid 1 aanhef en onder b, 6.1 lid 2 aanhef en onder a, 6.1 lid 2 aanhef en onder b, 6.3 aanhef en onder a Wro; art. 9.1.4 lid 1, 9.1.5 lid 1, 9.1.10 lid 2 Invoeringswet Wro
Essentie
Planschade. Bij planvergelijking tussen een bestemmingsplan en een nieuw planologisch regime niet uitgaan van maximale mogelijkheden van de uitwerkingsregels van het bestemmingsplan.
Samenvatting
Op de aanvraag van appellant om een tegemoetkoming in planschade is de Wro van toepassing. Ingevolge art. 6.1 lid 2 aanhef en onder a Wro is een bepaling van een bestemmingsplan, niet zijnde een bepaling als bedoeld in art. 3.6 lid 1, een oorzaak van schade als bedoeld in het eerste lid. Ingevolge art. 3.6 lid 1 aanhef en onder b Wro kan bij een bestemmingsplan worden bepaald dat burgemeester en wethouders het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.