NJB 2018/1528
Ontslag op staande voet. Loonaanspraak. Prejudiciële vragen. Hoge Raad: Gelet op HR 13 juli 2018, nr. 17/04244, ECLI:NL:HR:2018:1209, is het in behandeling nemen van de prejudiciële vragen niet meer nodig
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
13 juli 2018
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders, T.H. Tanja-van den Broek, H.M. Wattendorff
- Zaaknummer
18/00254
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:1218, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 13‑07‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:782, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑05‑2018
- Wetingang
(art. 6:248 lid 2, art. 7:627, 7:628 lid 1, art. 7:677 lid 1, art. 7:678 lid 1, art. 7:680a, 7:683 lid 3 en 6 BW; art. 7:628 lid 1 en 5 (oud) BW)
Essentie
Ontslag op staande voet. Loonaanspraak. Prejudiciële vragen. Hoge Raad: Gelet op HR 13 juli 2018, nr. 17/04244, ECLI:NL:HR:2018:1209, is het in behandeling nemen van de prejudiciële vragen niet meer nodig
Partij(en)
Ameco, vs. B.
Uitspraak
Procesverloop
Bij tussenbeschikking in hoger beroep heeft het hof de volgende prejudiciële vragen aan de Hoge Raad gesteld:
- 1.
Dient na een ontslag op staande voet vanwege een door het hof in tegenstelling tot de kantonrechter aangenomen dringende reden aan de kant van de werknemer, de werkgever het loon in beginsel integraal door te betalen vanaf datum ontslag?
- 2.
Dient voor de ...