Einde inhoudsopgave
Wet minimumbelasting 2024
Artikel 9.2 Groepsentiteiten die toetreden tot een multinationale groep of binnenlandse groep dan wel deze verlaten
Geldend
Geldend van 31-12-2023 tot 31-12-2024. Let op: wordt geraakt door terugwerkende kracht
- Redactionele toelichting
Vindt voor het eerst toepassing met betrekking tot verslagjaren die aanvangen op of na 31-12-2023.
- Bronpublicatie:
20-12-2023, Stb. 2023, 510 (uitgifte: 27-12-2023, kamerstukken: 36369)
- Inwerkingtreding
31-12-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-12-2023, Stb. 2023, 510 (uitgifte: 27-12-2023, kamerstukken: 36369)
- Terugwerkende kracht
Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie:
- Vakgebied(en)
Minimumbelasting (V)
1.
Een toetredende of uittredende entiteit wordt in het verslagjaar van toetreden tot of uittreden van een multinationale groep of binnenlandse groep geacht deel uit te maken van die groep, indien een deel van de activa, passiva, het inkomen, de uitgaven en de kasstromen van die toetredende of uittredende entiteit wordt verantwoord in de geconsolideerde jaarrekening van de uiteindelijkemoederentiteit in het verslagjaar van het toetreden of uittreden. Het effectieve belastingtarief en de bijheffing van de toetredende of uittredende entiteit worden berekend overeenkomstig het tweede tot en met achtste lid.
2.
In het verslagjaar van toetreding of uittreding wordt door een multinationale groep of binnenlandse groep voor de toepassing van deze wet uitsluitend rekening gehouden met de nettowinst of het nettoverlies overeenkomstig artikel 6.1, eerste lid, en vóór eliminatie van intra-groepstransacties, en de gecorrigeerde betrokken belastingen van de toetredende of uittredende entiteit die zijn opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening van de uiteindelijkemoederentiteit.
3.
In het verslagjaar van toetreding of uittreding en elk daaropvolgend verslagjaar worden het kwalificerende inkomen of verlies en de gecorrigeerde betrokken belastingen van de toetredende of uittredende entiteit bepaald op basis van de historische boekwaarde van de activa en passiva van die entiteit.
4.
In het verslagjaar van toetreding of uittreding wordt bij de berekening van de in aanmerking komende loonkosten, bedoeld in artikel 8.3, tweede lid, van de toetredende of uittredende entiteit alleen rekening gehouden met de loonkosten die worden verantwoord in de geconsolideerde jaarrekening van de uiteindelijkemoederentiteit.
5.
De berekening van de boekwaarden van de in aanmerking komende materiële activa, bedoeld in artikel 8.3, derde en vierde lid, van de toetredende of uittredende entiteit wordt in het verslagjaar van toetreding of uittreding aangepast naar rato van de periode waarin de toetredende of uittredende entiteit deel uitmaakte van de multinationale groep of binnenlandse groep.
6.
Met uitzondering van de fictieve actieve belastinglatentie die betrekking heeft op een kwalificerend verlies bedoeld in artikel 7.4, worden actieve en passieve belastinglatenties van de toetredende of uittredende entiteit die tussen multinationale groepen of binnenlandse groepen worden overgedragen, in aanmerking genomen door de verkrijgende multinationale groep of binnenlandse groep op dezelfde wijze en in dezelfde mate alsof de verkrijgende multinationale groep of binnenlandse groep de zeggenschap had over de groepsentiteit op het moment van het ontstaan van die actieve en passieve belastinglatenties.
7.
Passieve belastinglatenties van de toetredende of uittredende entiteit die eerder bij de overdragende groep in aanmerking zijn genomen in het totaalbedrag aan gecorrigeerde mutaties in belastinglatenties, worden voor de toepassing van artikel 7.3, zevende lid, bij de overdragende multinationale groep of binnenlandse groep geacht te zijn teruggenomen zonder dat dit leidt tot een vermindering van de betrokken belastingen en worden geacht te zijn ontstaan bij de verkrijgende multinationale groep of binnenlandse groep, met dien verstande dat in dergelijke gevallen elke latere verlaging van de betrokken belastingen overeenkomstig artikel 7.3, zevende lid, van kracht wordt in het verslagjaar waarin de belastinglatentie wordt teruggenomen.
8.
Een toetredende of uittredende entiteit die een moederentiteit is en deel uitmaakt van twee of meer multinationale groepen of binnenlandse groepen in het verslagjaar van toetreding of uittreding, past de inkomen-inclusiemaatregel met betrekking tot het toerekenbare deel van de bijheffing van de laagbelaste groepsentiteiten voor elke multinationale groep of binnenlandse groep afzonderlijk toe.
9.
In afwijking van het eerste tot en met achtste lid wordt de overdracht of verkrijging van een controlerend belang in een uittredende, onderscheidenlijk toetredende, entiteit aangemerkt als een overdracht, onderscheidenlijk verkrijging, van activa en passiva, indien de staat waarin de overgedragen, onderscheidenlijk verkregen, groepsentiteit is gevestigd, of de staat waarin de activa zich in het geval van een fiscaal transparante groepsentiteit bevinden, de overdracht, onderscheidenlijk de verkrijging, van dat belang op dezelfde of vergelijkbare wijze behandelt als een overdracht, onderscheidenlijk verkrijging, van activa en passiva en een betrokken belasting heft bij de overdrager op basis van het verschil tussen de fiscale boekwaarden en de overeengekomen overnameprijs voor het controlerende belang, dan wel de reële waarde van de activa en passiva.
10.
Voor de toepassing van dit artikel wordt verstaan onder:
- a.
toetredende entiteit: een entiteit die als gevolg van directe of indirecte belangenwijziging in die entiteit, dan wel doordat zij de uiteindelijkemoederentiteit wordt van een nieuwe groep, in een verslagjaar als groepsentiteit deel gaat uitmaken van een multinationale groep of binnenlandse groep;
- b.
uittredende entiteit: een entiteit die als gevolg van een directe of indirecte belangenwijziging in die entiteit niet langer deel uitmaakt van een multinationale groep of binnenlandse groep.