Einde inhoudsopgave
Besluit financiële markten BES
Artikel 4:5 (kernkapitaal)
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2012
- Bronpublicatie:
22-05-2012, Stb. 2012, 238 (uitgifte: 12-06-2012, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-07-2012
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-05-2012, Stb. 2012, 240 (uitgifte: 12-06-2012, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
Financiële dienstverlening / Financieel toezicht
1.
Het kernkapitaal wordt gevormd door de waarde van de vermogensbestanddelen, bedoeld in het tweede lid, verminderd met de waarde van de posten bedoeld in het derde lid.
2.
De voor de bepaling van het kernkapitaal in aanmerking te nemen vermogensbestanddelen zijn:
- a.
het geplaatste en volgestorte aandelenkapitaal;
- b.
agioreserve;
- c.
overige reserves;
- d.
ingehouden winst;
- e.
minderheidsbelangen;
- f.
voorzieningen ter dekking van algemene risico's;
- g.
andere door de Nederlandsche Bank toegestane vermogensbestanddelen.
3.
De voor de bepaling van het kernkapitaal in aanmerking te nemen posten zijn:
- a.
immateriële activa;
- b.
goodwill;
- c.
niet erkende latente belastingvorderingen;
- d.
vijftig procent van de waarde van de volgende deelnemingen:
- 1°
significante minderheidsdeelnemingen in kredietinstellingen en andere financiële ondernemingen, niet zijnde verzekeraars;
- 2°
wederzijdse deelnemingen in andere kredietinstellingen die een geflatteerd beeld beogen te geven van de vermogenspositie;
- 3°
deelnemingen in verzekeraars;
- 4°
deelnemingen in overige ondernemingen.
4.
De Nederlandsche Bank kan nadere regels stellen met betrekking tot de berekening van de in het tweede en derde lid genoemde vermogensbestanddelen en posten.