NJ 2018/346
Afwijzing verzoek om schriftelijke voorbereiding in ontnemingszaak conform art. 511 g lid 2 sub b Sv.
HR 10-07-2018, ECLI:NL:HR:2018:1160
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
10 juli 2018
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, M.J. Borgers, M.T. Boerlage
- Zaaknummer
16/04667 P
- Conclusie
A-G mr. F.W. Bleichrodt
- Noot
Red. Aant.
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS124568:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Bijzondere onderwerpen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:1160, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 10‑07‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:528, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 29‑05‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 01‑05‑2017
- Wetingang
Art. 511g lid 2 onder b Sv
Essentie
Afwijzing verzoek om schriftelijke voorbereiding in ontnemingszaak conform art. 511 g lid 2 sub b Sv.
Op het verzoek van de raadsman tot het doen plaatsvinden van een schriftelijke voorbereiding dient conform art. 329 en 330 Sv te worden beslist. De rechter is niet gehouden een schriftelijke voorbereiding toe te staan, maar kan daartoe beslissen indien dat naar zijn oordeel bijdraagt aan een doelmatig verloop van de ontnemingsprocedure. Het hof — dat heeft overwogen geen behoefte te hebben aan een schriftelijke conclusiewisseling — kon aldus oordelen dat een schriftelijke voorbereiding niet bijdroeg aan een ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.