Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2021/2116 inzake de financiering, het beheer en de monitoring van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 1306/2013
Artikel 57 Specifieke bepalingen voor het Elfpo
Geldend
Geldend vanaf 07-12-2021
- Bronpublicatie:
02-12-2021, PbEU 2021, L 435 (uitgifte: 06-12-2021, regelingnummer: 2021/2116)
- Inwerkingtreding
07-12-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
02-12-2021, PbEU 2021, L 435 (uitgifte: 06-12-2021, regelingnummer: 2021/2116)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Financiering
Agrarisch recht (V)
Overheidsfinanciën / EU-financiën
1.
Indien onregelmatigheden worden ontdekt, of andere gevallen waarin begunstigden of, wat financieringsinstrumenten betreft, specifieke fondsen uit hoofde van holdingfondsen of eindbegunstigden de in het strategisch GLB-plan gespecificeerde voorwaarden van de plattelandsontwikkelingsinterventies van het niet naleven, verrichten de lidstaten financiële correcties door de betrokken Uniefinanciering gedeeltelijk of, indien gegrond, geheel in te trekken. De lidstaten houden daarbij rekening met aard en ernst van de niet-naleving en met de omvang van het financiële verlies voor het Elfpo.
De ingetrokken bedragen aan Uniefinanciering uit het Elfpo alsmede teruggevorderde bedragen, inclusief de rente daarop, worden opnieuw toegewezen aan andere plattelandsontwikkelingsverrichtingen van het strategisch GLB-plan. De lidstaten kunnen de ingetrokken of geïnde Uniemiddelen echter uitsluitend volledig hergebruiken voor een plattelandsontwikkelingsverrichting in het kader van hun strategisch GLB-plan, en mogen deze niet opnieuw toewijzen aan plattelandsontwikkelingsverrichtingen waarvoor een financiële correctie heeft plaatsgevonden.
De lidstaten brengen elk bedrag dat onterecht is betaald als gevolg van een nog in behandeling zijnde onregelmatigheid van een begunstigde, overeenkomstig dit artikel, in mindering op alle toekomstige betalingen aan de begunstigde door het betaalorgaan.
2.
In afwijking van lid 1, tweede alinea, kan bij plattelandsontwikkelingsinterventies die steun ontvangen in het kader van de financieringsinstrumenten bedoeld in artikel 58 van Verordening (EU) 2021/1060, een bijdrage die is ingetrokken vanwege een individuele niet-naleving, binnen hetzelfde financieringsinstrument worden hergebruikt, en wel als volgt:
- a)
indien de niet-naleving die aanleiding tot intrekking van de bijdrage geeft, is geconstateerd op het niveau van de eindontvanger als gedefinieerd in artikel 2, punt 18), van Verordening (EU) 2021/1060, dan alleen voor andere eindontvangers binnen hetzelfde financieringsinstrument;
- b)
indien de niet-naleving die aanleiding tot intrekking van de bijdrage geeft, is geconstateerd op het niveau van het specifieke fonds als gedefinieerd in artikel 2, punt 21), van Verordening (EU) 2021/1060, binnen een holdingfonds als gedefinieerd in artikel 2, punt 20), van die verordening, dan alleen voor andere specifieke fondsen.