BNB 2021/105
Pro rata verdeling voorbelasting naar werkelijk gebruik kan alleen als het werkelijke gebruik als geheel genomen niet overeenkomt met verdeling naar omzetverhouding
HR 23-04-2021, ECLI:NL:HR:2021:645, m.nt. C.J. Hummel
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
23 april 2021
- Magistraten
Mrs. Van Hilten, Punt, Van Loon, Faase, Van Eijsden
- Zaaknummer
19/04081
- Conclusie
A-G Ettema
- Noot
C.J. Hummel
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS274820:1
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting / Aftrek en teruggaaf
- Brondocumenten
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑04‑2021
ECLI:NL:HR:2021:645, Uitspraak, Hoge Raad, 23‑04‑2021
ECLI:NL:PHR:2020:708, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 31‑07‑2020
- Wetingang
Art. 11 lid 2 Uitv.besch. OB 1968
Essentie
Pro rata verdeling voorbelasting naar werkelijk gebruik kan alleen als het werkelijke gebruik als geheel genomen niet overeenkomt met verdeling naar omzetverhouding
Samenvatting
De kernactiviteit van belanghebbende, een fiscale eenheid voor de omzetbelasting, bestaat uit tegen vergoeding aanbieden van kinderopvang. Deze dienstverlening is vrijgesteld van omzetbelasting. Daarnaast verricht belanghebbende een gering aantal diensten die wel belast zijn voor de omzetbelasting. Aan een tot de fiscale eenheid behorende BV is door derden omzetbelasting in rekening gebracht ter zake van het ontwikkelen en bouwen van een ICT-platform. De aftrek van de voorbelasting ter zake van gemengd gebruikte goederen en diensten ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.