Einde inhoudsopgave
Warenwetregeling Monsterneming
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 11-05-1989
- Bronpublicatie:
20-04-1989, Stcrt. 1989, 89 (uitgifte: 10-05-1989, regelingnummer: 684970)
- Inwerkingtreding
11-05-1989
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-04-1989, Stcrt. 1989, 89 (uitgifte: 10-05-1989, regelingnummer: 684970)
- Vakgebied(en)
Agrarisch recht (V)
Gezondheidsrecht / Voedsel- en warenkwaliteit
Informatierecht / Reclame
Regeling van 20 april 1989
De staatsecretaris[lees: staatssecretaris] van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur, in overeenstemming met de staatssecretaris van Economische Zaken, A. J. Evenhuis, en de minister van Landbouw en Visserij,
Overwegende, dat uit oogpunt van rechtszekerheid, regels met betrekking tot het nemen van monsters van waren ten behoeve van de uitvoering van het toezicht gewenst zijn;
Overwegende, dat tevens uitvoering moet worden gegeven aan de Richtlijn van de Commissie tot vaststelling van communautaire bemonsteringsmethoden voor de officiële controle op residuen van bestrijdingsmiddelen in en op groenten en fruit (79/700/EEG) (PbEG L 207);
Overwegende, dat tevens uitvoering moet worden gegeven aan bepalingen in de Richtlijn van de Raad betreffende het gebruik van bepaalde conserveermiddelen voor de oppervlaktebehandeling van citrusvruchten alsmede betreffende de controlemaatregelen voor de opsporing en de kwantitatieve bepaling van conserveermiddelen in en op citrusvruchten (67/427/EEG) (PbEG, nr. 148), voor zover het betreft de in dat verband voorgeschreven monsterneming;
Overwegende, dat de Nederlandse regelgeving die uitvoering gaf aan vorengenoemde richtlijnen inmiddels van rechtswege is komen te vervallen vanwege de inwerkingstelling van de Wijzigingswet 1988 Warenwet;
Overwegende, dat uitvoering moet worden gegeven aan de Eerste Richtlijn van de Commissie van de Europese Gemeenschappen tot vaststelling van communautaire methoden voor chemisch onderzoek met het oog op de controle op verduurzaamde melkprodukten (897/524/EEG) (PbEG L 306);
Gelet op artikel 26, derde lid, van de Warenwet (Stb. 1988, 360);
Besluit: