JWB 2015/392
Faillissementsrecht, Opheffing faillissement
HR 20-11-2015, ECLI:NL:HR:2015:3337
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
20 november 2015
- Zaaknummer
15/03680
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Rechter
Insolventierecht / Faillissement
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:3337, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 20‑11‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:2092, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑10‑2015
- Wetingang
Art. 16 Fw, Art. 80a lid 1 RO
Essentie
Faillissementsrecht, Opheffing faillissement
Samenvatting
Casus
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties wordt verwezen naar het vonnis in de zaak C/16/14/148 F van de rechtbank Midden-Nederland van 9 december 2014 en de beschikking in de zaak 200.161.398/01 van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 30 juli 2015. Tegen de beschikking van het hof heeft verzoeker tot cassatie beroep in cassatie ingesteld.
Rechtsvraag
-
Beslissing
De Hoge Raad is van oordeel dat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen, omdat de partij die het cassatieberoep heeft ingesteld klaarblijkelijk onvoldoende belang heeft bij het cassatieberoep, dan wel omdat de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.