Einde inhoudsopgave
Handelsregisterwet 2007
Artikel 25 [Derdenbescherming]
Geldend
Geldend vanaf 27-09-2020
- Bronpublicatie:
24-06-2020, Stb. 2020, 231 (uitgifte: 07-07-2020, kamerstukken: 35179)
- Inwerkingtreding
27-09-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
03-07-2020, Stb. 2020, 232 (uitgifte: 07-07-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Economische ordening
1.
Op een feit dat door inschrijving of deponering moet worden bekendgemaakt, kan tegenover derden die daarvan onkundig waren geen beroep worden gedaan zolang de inschrijving of deponering en, voor zover van toepassing, de in artikel 24 bedoelde mededeling niet hebben plaatsgevonden.
2.
Indien de derde aantoont dat hij onmogelijk kennis heeft kunnen nemen van een mededeling als bedoeld in artikel 24 kan hij zich erop beroepen dat hij van het bekendgemaakte feit onkundig was, mits dit beroep betrekking heeft op hetgeen heeft plaatsgevonden binnen vijftien dagen nadat de mededeling was geschied. De Algemene Termijnenwet is op deze termijn niet van toepassing.
3.
Degene aan wie een onderneming toebehoort, de ingeschreven rechtspersoon of degene die enig feit heeft opgegeven of verplicht is enig feit op te geven, kan aan derden die daarvan onkundig waren niet de onjuistheid of onvolledigheid van de inschrijving of van de in artikel 24 bedoelde mededeling tegenwerpen. Met de inschrijving wordt de deponering van bescheiden gelijkgesteld.
4.
Dit artikel is niet van toepassing ten aanzien van:
- a.
artikel 811, tweede lid, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek;
- b.
opgaven betreffende aangelegenheden die ingevolge enig wettelijk voorschrift — niet zijnde Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, verordening 2137/85 of verordening 2157/2001 — ook op andere wijze worden bekend gemaakt;
- c.
de bij algemene maatregel van bestuur aangewezen gegevens;
- d.
de gegevens, bedoeld in artikel 15a, tweede lid, en de bescheiden, bedoeld in artikel 15a, derde lid.