De door de rechtbank in de voetnoten als proces-verbaal aangeduide bewijsmiddelen zijn in de wettelijke vorm opgemaakt door personen die daartoe bevoegd zijn en voldoen ook overigens aan de daaraan bij wet gestelde eisen.
Rb. Haarlem, 26-05-2010, nr. 15/800015-09
ECLI:NL:RBHAA:2010:BM7662
- Instantie
Rechtbank Haarlem
- Datum
26-05-2010
- Magistraten
Mrs. M.J. Kronenberg, A.M. Hol, M.D. Stam
- Zaaknummer
15/800015-09
- LJN
BM7662
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBHAA:2010:BM7662, Uitspraak, Rechtbank Haarlem, 26‑05‑2010
Uitspraak 26‑05‑2010
Mrs. M.J. Kronenberg, A.M. Hol, M.D. Stam
Partij(en)
Strafvonnis
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 12 mei 2010 in de zaak tegen:
[verdachte]
geboren op [geboortedatum] te [gebo[woonplaats],
wonende te [woonplaats]
1. Tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd:
Primair
hij op of omstreeks [datum], aan boord van een luchtvaartuig,
(te weten een Nederlands luchtvaartuig met vluchtnummer KL714, tijdens de vlucht (van Paramaribo naar Schiphol), meermalen, althans eenmaal, opzettelijk een daad van geweld heeft begaan tegen [ge[getuige] (purser) en/of [getu[getuige] (senior-purser) en/[getuige] (steward) en/of [ge[getuige] (stewardess) en/of [get[getuige] (stewardess) en/of [g[getuige] (steward) en/of het overige (cabine)personeel van voornoemde vlucht en/of een of meer van zijn medepassagiers, immers heeft hij, verdachte,
voornoemde [getuige] (tegen haar rug en/of achterhoofd) geslagen en/of een mannelijke passagier (op of in de buurt van stoelrij 35) geslagen en/of
voornoemde [getuige] en/of [getuige] en/of [getuige] en/of [getuige] en/of [getuige] en/of een of meer passagier(s) (meermalen) op dreigende toon en wijze benaderd, te weten door (een of meer van) hen (onder meer) de woorden toe te voegen:
- —
‘wij gaan landen en dan zullen jullie zien wat ik allemaal kan, we gaan landen’ en/of
- —
‘niemand is meer veilig, jullie gaan er allemaal aan, ik ben helemaal niet bang voor justitie, jullie zullen wel zien wie ik ben, vieze vuile flikkers, teringlijders, jullie zijn nog niet van mij af’ en/of — ‘ik maak je af’
en/of ik maak de crew af’ en/of ‘ik vermoord jullie allemaal’ en/of ‘ik heb in de bak gezeten’ en/of
- —
(aan een of meer passagier(s) I) ‘in Amsterdam gaat je vader in de kofferbak’ en/of ‘ik sla je verrot’ en/of ‘ik maak je dood’ en/of ‘je weet niet wie ik ben’ en/of
- —
(aan een of meer passagier(s) II) ‘ik ga je in je kont naaien en/of ‘fuck die kaaskoppen’
en/of ‘vuile vieze smerige kaaskop, ik maak je dood’ en/of ‘ik schiet je kapot’ en/of
- —
(aan een of meer passagier(s) III) ‘ga zitten, weet je wel wie ik ben’ en/of
- —
(aan [getuige] en/of [getuige]) ‘jullie zijn (fucking) trutten’ en/of ‘ik ben niet bang voor justitie, het interesseert mij allemaal niets’ en/of
- —
(aan [getuige]) ‘als je er wat van zegt, sla ik je knock out’ en/of
- —
(aan [getuige] en/of [getuige]) ‘jullie zijn (fucking) trutten’ en/of ‘ik ben niet bang voor justitie, het interesseert mij allemaal niets’ en/of
- —
(aan [getuige]) ‘als je er wat van zegt, sla ik je knock out’ en/of
- —
(aan [getuige]) ‘wat doe je me aan, ik maak je af’, in elk geval steeds woorden van gelijke strekking en/of
(daarbij) voornoemde dreigende taal kracht bijgezet door meermalen, althans eenmaal,
- —
op zijn borst te slaan en/of
- —
tegen een galleyblad te slaan en/of
- —
met zijn vinger in de richting van een of meer bovengenoemde personen te wijzen en/of
- —
met zijn gezicht en/of lichaam zeer dichtbij bovengenoemde personen te komen (waardoor het leek alsof hij een of meer bovengenoemde personen zou gaan slaan) en/of
- —
zijn hand te heffen (waardoor het leek alsof hij een of meer bovengenoemde personen zou gaan slaan) en/of
zich met kracht verzet tegen een of meer leden van het cabinepersoneel (waaronder steward [getuige]) en/of een of meer passagier(s) toen deze verdachte tot rust en onder controle wilden brengen en/of in opdracht van de gezagvoerder wilden boeien,
waardoor gevaar voor de veiligheid van het luchtvaartuig te duchten is geweest,
immers heeft hij, verdachte, de veiligheid van het luchtvaartuig en/of de passagiersveiligheid, in gevaar gebracht door het niet opvolgen van de aanwijzingen van het cockpit en/of cabinepersoneel en/of door voornoemde handelingen, te weten nu:
- —
het cabinepersoneel zich gedurende langere tijd moest bezig houden met verdachte (door te trachten hem te kalmeren, in bedwang te houden, in de gaten te houden, te boeien en/of aan te houden) en/of
- —
voornoemde [getuige] (uit angst voor verdachte) gedurende drie uren in de cockpit heeft verbleven,
waardoor het cabinepersoneel zich niet (volledig) kon richten op de normale werkzaamheden en/of de werkzaamheden in het kader van de vliegveiligheid aan boord.
Subsidiair
hij op of omstreeks [datum], aan boord van een luchtvaartuig, (te weten een Nederlands luchtvaartuig met vluchtnummer KL714), tijdens de vlucht (van Paramaribo naar Schiphol), de aanwijzingen van de gezagvoerder niet heeft opgevolgd, immers heeft hij, verdachte, toen en aldaar — niet voldaan aan het verzoek van de gezagvoerder en/of van de senior-purser en/of van overig (cabine)personeel (namens de gezagvoerder) om zich rustig te houden en/of te gaan zitten en/of het cabinepersoneel en/of zijn medepassagier(s) niet meer lastig te vallen (al dan niet in het kader van een aan verdachte uitgereikte notice of violation) en/of — de ontzegging van de gezagvoerder om het upperdeck te mogen betreden, heeft genegeerd;
2. Voorvragen
De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zijzelf bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat het openbaar ministerie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.
3. Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van het primair ten laste gelegde feit en gevorderd dat verdachte ter zake zal worden veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 6 maanden, met een proeftijd van 2 jaar. Voorts heeft de officier van justitie een werkstraf gevorderd voor de duur van 240 uren, subsidiair 120 dagen hechtenis, met aftrek overeenkomstig artikel 27 Wetboek van Strafrecht.
4. Bewijs
4.1. Redengevende feiten en omstandigheden1.
In de nacht van 1 op 2 januari 2009 vliegt het KLM-toestel met vluchtnummer KL714 vanuit Paramaribo naar Amsterdam.2. Verdachte vliegt als IPB-passagier mee op deze vlucht. Verdachte krijgt op het upper deck een klapstoel, maar wordt in verband met ruimtegebrek verzocht beneden plaats te nemen. Verdachte reageert hier opstandig op. Verdachte spreekt vervolgens passagiers ongepast aan en maakt een dronken indruk. De vriendin van verdachte, Purser [getuige], probeert verdachte te kalmeren maar deze reageert hier agressief op. Verdachte richt zich tot de stewardessen [getuige] en [getuige] en zegt: ‘jullie zijn fucking trutten’. [getuige] doet uit vrees voor haar veiligheid haar naambordje af.3.
Verdachte komt na enige tijd weer naar boven en wordt door een jongetje aangesproken. Verdachte voelt zich zonder respect behandeld en begint het jongetje te bedreigen. Hij zegt onder andere: ‘ik sla je verrot, ik maak je dood, wie ben je, je weet niet wie ik ben’4. en ‘in Amsterdam gaat je vader in de kofferbak’.5.
Gedurende de gehele vlucht heeft verdachte veel alcohol gedronken. Op een gegeven moment pakt verdachte zelf zijn drank en zegt daarbij tegen steward [getuige]: ‘als je er iets van zegt, sla ik je knock-out’. Steward [getuige] voelt zich hierdoor bedreigd en geïntimideerd.6.
Enige tijd later begeeft verdachte zich weer naar het benedendek en spreekt [getuige] wederom aan. Verdachte gedraagt zich opgefokt en wijst dreigend met zijn vinger en gaat tot op een paar millimeter tegen haar aan staan. Die situatie wordt door [getuige] als zeer bedreigend beschreven.7. Verdachte heft meerdere keren zijn hand om [getuige] te slaan.8. Na verloop van tijd geeft verdachte haar een klap op het lichaam.9. De seniorpurser [getuige] ziet [getuige] lopen en hoort haar zeggen: ‘hij heeft me geslagen’. Hij ziet de angst in haar ogen.10.
Verdachte begeeft zich vervolgens meerdere malen naar het upper deck en scheldt en schreeuwt daar. Verdachte loopt, in strijd met het hem inmiddels gegeven verbod, steeds weer de businessclass in. Verdachte loopt naar stewardess [getuige] toe en zegt met verheven stem dat hij teleurgesteld is. Hij slaat op zijn borst en zegt: ‘ik ben niet bang voor justitie. Het interesseert me allemaal niets’. Hij zegt dit drie keer en slaat hard op zijn borst. Vervolgens slaat verdachte op het galleyblad van [getuige]. Hij wijst hierbij met zijn vinger naar de twee stewardessen en komt op een agressieve wijze steeds dichterbij. [getuige] gaat vervolgens tussen beiden staan en [getuige] heeft hierbij het idee dat ze anders geslagen zullen worden door verdachte.11. Hij hoort de man zeggen: ‘Wij gaan landen en dan zullen jullie zien wat ik allemaal kan, we gaan landen.’ Seniorpurser [getuige] adviseert stewardess [getuige] om in de cockpit te schuilen.12. [getuige] is vervolgens uit angst gedurende drie uur in de cockpit verbleven.13.
Steward [getuige] ziet verdachte op een gegeven moment alle galley's aflopen. Hij doet de gordijnen open en hindert het cabinepersoneel bij de uitvoering van hun werkzaamheden. Vervolgens valt verdachte een echtpaar lastig bij de nooduitgang. Hij spreekt dreigende taal: ‘ga zitten, weet je wel wie ik ben’. Verdachte maakt ook ruzie met twee mannen die een rij voor de nooduitgang zitten.14. Verdachte loopt door het hele vliegtuig en valt passagiers lastig. [getuige] gaat naar de captain en krijgt de opdracht verdachte te boeien.15. [getuige] en twee medepassagiers boeien verdachte, waarbij verdachte zich hevig verzet.16. Er ontstaat een worsteling en verdachte is bijna niet op de grond te krijgen.17. Iedereen in het vliegtuig loopt op dit moment door elkaar en er ontstaat een complete chaos.18. Wanneer verdachte in de boeien zit, uit hij verschillende bedreigingen, waaronder: ‘niemand is meer veilig, jullie gaan er allemaal aan, ik ben helemaal niet bang voor Justitie, jullie zullen wel zien wie ik ben, vieze vuile flikkers, teringlijders, jullie zijn nog niet van mij af’19. en ‘ik maak de crew af, ik vermoord jullie allemaal, ik heb in de bak gezeten’.20. [getuige] hoort verdachte zeggen: ‘wat doe je me aan, ik maak je af’.21.
[getuige] is de gehele vlucht bezig geweest met verdachte.22. Gedurende deze vlucht zijn er bijna doorlopend 2 á 3 man van het personeel bezig geweest om verdachte rustig te houden en hem in de gaten te houden. Het gedrag van verdachte heeft ervoor gezorgd dat de bemanningsleden zich bedreigd voelden en letterlijk en figuurlijk bang voor verdachte waren.23. Benedendeks heeft het cabinepersoneel andere routes gelopen om zo verdachte te kunnen ontwijken. Door het gedrag van verdacht was de gehele crew in de ban van verdachte. Het cabinepersoneel heeft door het gedrag van verdachte hun werkzaamheden niet naar behoren kunnen verrichten.24. Gezagvoerder Everaars verklaart dat de vluchtveiligheid in gevaar is geweest omdat door het gedrag van verdachte een gedeelte van de cabincrew hun eigenlijke taken niet naar behoren kon uitvoeren.25.
Verweren
Van de zijde van de verdediging is gesteld dat een gedeelte van de gepleegde handelingen niet te kwalificeren valt als geweld. De rechtbank is van oordeel dat de handelingen van verdachte, in onderlinge samenhang moeten worden beoordeeld, zodat ook een gedraging waarbij geen directe fysieke kracht tegen een persoon wordt uitgeoefend, door de context van de situatie een gewelddadig karakter kan krijgen. Dat brengt met zich mee dat, mede gezien het beschermde belang van de overtreden bepaling, alle door de rechtbank bewezen handelingen gekwalificeerd kunnen worden als geweld in de zin van art. 358b Sr.
Voorts heeft de verdediging aangevoerd dat er nimmer sprake is geweest van gevaar voor de veiligheid van het luchtvaartuig. Met betrekking tot dit verweer overweegt de rechtbank als volgt. Voorop dient te worden gesteld dat een antwoord op de vraag of er, als gevolg van een daad van geweld begaan tegen iemand die zich aan boord van een luchtvaartuig bevindt, gevaar voor het luchtvaartuig te duchten is, in zijn algemeenheid niet is te geven. Dit antwoord is mede afhankelijk — en zal ook in sterke mate beïnvloed kunnen worden door — de concrete omstandigheden van het geval. In onderhavig geval is verdachte gedurende nagenoeg de gehele vlucht van Paramaribo naar Amsterdam zeer agressief geweest. Tijdens deze vlucht zijn er bijna voortdurend leden van het cabinepersoneel met verdachte bezig geweest om hem in de gaten te houden, te ontwijken, te kalmeren, in bedwang te houden of te boeien en collega's te beschermen. Er was angst en op een bepaald ogenblik zelfs chaos aan boord van het vliegtuig.
Gezien deze concrete omstandigheden en de zeer lange tijdsspanne van het incident, is de rechtbank van oordeel dat door de ernstige misdragingen van verdachte een belangrijk deel van het cabinepersoneel zich gedurende lange tijd niet of niet volledig hebben kunnen richten op hun werkzaamheden en taken, die zij met het oog op de vliegveiligheid aan boord van het luchtvaartuig in vlucht hebben te verrichten. Derhalve is er sprake van gevaar voor de veiligheid van het luchtvaartuig zoals bedoeld in art. 385b Sr.
De raadsvrouw heeft zich op het standpunt gesteld dat verdachte dronken was en zich nauwelijks iets kan herinneren van de vlucht. Om die reden zou het verdachte hebben ontbroken aan opzet nu ieder besef of inzicht afwezig was. De rechtbank verwerpt dit verweer. Alleen al gezien de aard van de gedragingen is het volstrekt onaannemelijk dat gedurende het incident bij verdachte elk inzicht ontbrak in de reikwijdte van zijn gedragingen en de directe (fysieke) gevolgen daarvan.
4.3. Bewezenverklaring
Gezien het bovenstaande acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het primair ten laste gelegde feit heeft begaan, in dier voege dat:
hij op 1 en 2 januari 2009, aan boord van een luchtvaartuig, te weten een Nederlands luchtvaartuig met vluchtnummer KL714, tijdens de vlucht van Paramaribo naar Schiphol, meermalen, opzettelijk een daad van geweld heeft begaan tegen K.W. [getuige] (purser) en [getuige] (senior-purser) [getuige] (steward) en [ge[getuige] (stewardess) en [get[getuige] (stewardess) en [g[getuige] (steward) en het overige cabinepersoneel van voornoemde vlucht en medepassagiers, immers heeft hij, verdachte,
voornoemde [getuige] geslagen en
voornoemde [getuige] en [getuige] en [getuige] en [getuige] en [getuige] en meerdere passagiers meermalen op dreigende toon en wijze benaderd, te weten door één of meer van hen onder meer de woorden toe te voegen:
- —
‘wij gaan landen en dan zullen jullie zien wat ik allemaal kan, we gaan landen’ en
- —
‘niemand is meer veilig, jullie gaan er allemaal aan, ik ben helemaal niet bang voor justitie, jullie zullen wel zien wie ik ben, vieze vuile flikkers, teringlijders, jullie zijn nog niet van mij af’ en — ‘ik maak je af’ en ‘ik maak de crew af’ en ‘ik vermoord jullie allemaal’ en ‘ik heb in de bak gezeten’ en
- —
(aan een of meer passagier(s) I) ‘in Amsterdam gaat je vader in de kofferbak’ en ‘ik sla je verrot’ en ‘ik maak je dood’ en ‘je weet niet wie ik ben’ en
- —
(aan een of meer passagier(s) III) ‘ga zitten, weet je wel wie ik ben’ en
- —
(aan [getuige] en/of [getuige]) ‘jullie zijn fucking trutten’ en ‘ik ben niet bang voor justitie, het interesseert mij allemaal niets’ en
- —
(aan [getuige]) ‘als je er wat van zegt, sla ik je knock out’ en
- —
(aan [getuige]) ‘wat doe je me aan, ik maak je af’, in elk geval steeds woorden van gelijke strekking en
(daarbij) voornoemde dreigende taal kracht bijgezet door (meermalen), althans eenmaal,
- —
op zijn borst te slaan en
- —
tegen een galleyblad te slaan en
- —
met zijn vinger in de richting van een of meer bovengenoemde personen te wijzen en
- —
met zijn gezicht en lichaam zeer dichtbij bovengenoemde personen te komen en
- —
zijn hand te heffen en
zich met kracht verzet tegen een of meer leden van het cabinepersoneel (waaronder steward [getuige]) en passagiers toen deze verdachte tot rust en onder controle wilden brengen en in opdracht van de gezagvoerder wilden boeien,
waardoor gevaar voor de veiligheid van het luchtvaartuig te duchten is geweest,
immers heeft hij, verdachte, de veiligheid van het luchtvaartuig en de passagiersveiligheid, in gevaar gebracht door het niet opvolgen van de aanwijzingen van het cockpit en cabinepersoneel en door voornoemde handelingen, te weten nu:
- —
het cabinepersoneel zich gedurende langere tijd moest bezig houden met verdachte (door te trachten hem te kalmeren, in bedwang te houden, in de gaten te houden, te boeien) en
- —
voornoemde [getuige] (uit angst voor verdachte) gedurende drie uren in de cockpit heeft verbleven,
waardoor het cabinepersoneel zich niet volledig kon richten op de normale werkzaamheden en de werkzaamheden in het kader van de vliegveiligheid aan boord.
Voorzover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, leest de rechtbank de tenlastelegging verbeterd. Blijkens het verhandelde op de terechtzitting is de verdachte daardoor niet geschaad in zijn verdediging.
Hetgeen aan verdachte primair meer of anders is ten laste gelegd dan hier als bewezen is aangenomen, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.
5. Strafbaarheid van het feit
Het bewezenverklaarde levert op:
Opzettelijk een daad van geweld begaan tegen iemand die zich aan boord van een luchtvaartuig in vlucht bevindt, terwijl daarvan voor de veiligheid van het luchtvaartuig te duchten is, meermalen gepleegd.
6. Strafbaarheid van verdachte
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dus strafbaar.
7. Motivering van sancties
Bij de beslissing over de straf die aan verdachte moet worden opgelegd, heeft de rechtbank zich laten leiden door de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, alsmede de persoon van verdachte zoals van een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
In het bijzonder heeft de rechtbank het navolgende in aanmerking genomen.
Verdachte is aan boord van een luchtvaartuig in vlucht urenlang fysiek en verbaal tekeer gegaan tegen boordpersoneel en medepassagiers. Verdachte heeft zich gedurende bijna de gehele vlucht zeer agressief en bedreigend gedragen. Hij heeft zijn vriendin, tevens purser op voornoemde vlucht, geslagen en het boordpersoneel en medepassagiers voortdurend bedreigd en die bedreigingen met fysieke handelingen kracht bijgezet. Verdachte heeft zich op dusdanige wijze misdragen dat het noodzakelijk was verdachte te boeien, waarbij hij zich hevig heeft verzet. Een van de stewardessen voelde zich zo bedreigd dat zij zich gedurende drie uur in de cockpit heeft opgehouden. Een andere stewardess heeft uit vrees voor haar veiligheid haar naambordje afgedaan. Uit de reactie van deze stewardessen blijkt reeds hoe bedreigend en beangstigend de gehele situatie voor het boordpersoneel en de medepassagiers moet zijn geweest.
Daden van geweld in een besloten ruimte als de cabine in een luchtvaartuig in vlucht, brengen snel gevoelens van grote onveiligheid teweeg bij medepassagiers en boordpersoneel die daarvan getuige zijn. De beslotenheid van de ruimte tijdens de vlucht maakt immers dat men zich niet aan de ontstane situatie kan onttrekken. Daarbij komt dat de mogelijkheid van escalatie van het geweld, waarbij meer personen betrokken kunnen raken, een nog grotere bedreiging voor de veiligheid van het luchtvaartuig en de inzittenden kunnen vormen.
Op grond van het vorenoverwogene is de rechtbank van oordeel dat een vrijheidsbenemende straf van na te noemen duur moet worden opgelegd. De rechtbank zal echter bepalen dat deze vooralsnog niet ten uitvoer zal worden gelegd en zal daaraan een proeftijd verbinden van 2 (twee) jaar opdat verdachte er tijdens die proeftijd van wordt weerhouden strafbare feiten te begaan. Voorts is de rechtbank van oordeel dat een taakstraf in de vorm van een werkstraf van na te noemen aantal uren moet worden opgelegd.
8. Toepasselijke wettelijke voorschriften
9. Beslissing
De rechtbank:
Verklaart bewezen dat verdachte het ten laste gelegde feit heeft begaan zoals hiervoor onder 4.3 vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt verdachte daarvan vrij.
Bepaalt dat het bewezenverklaarde feit het hierboven onder 5. vermelde strafbare feit oplevert.
Verklaart verdachte hiervoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 6 (zes) maanden met bevel dat deze straf niet zal worden tenuitvoergelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten op grond dat verdachte zich voor het einde van de op twee jaar bepaalde proeftijd aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Veroordeelt verdachte tot het verrichten van 240 (tweehonderdenveertig) uren taakstraf in de vorm van een werkstraf bij het niet naar behoren verrichten te vervangen door 120 dagen hechtenis.
Bepaalt dat de tijd die verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de thans opgelegde werkstraf in mindering wordt gebracht, met dien verstande dat 6 (zes) uren werkstraf in mindering worden gebracht.
Samenstelling rechtbank en uitspraakdatum
Dit vonnis is gewezen door
mr. M.J. Kronenberg, voorzitter,
mr. A.M. Hol en mr. M.D. Stam, rechters,
in tegenwoordigheid van de griffier mr. R. Verberne,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 26 mei 2010.
Mrs. A.M. Hol en M.D. Stam zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
De griffier is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Voetnoten
Voetnoten Uitspraak 26‑05‑2010
Proces-verbaal van aangifte door [aangever] d.d. 2 januari 2009 (dossierparagraaf 3.2).
Proces-verbaal van verhoor [get[getuige] d.d. 5 januari 2009 (dossierparagraaf 3.8).
Proces-verbaal van verhoor [get[getuige] d.d. 5 januari 2009 (dossierparagraaf 3.8).
Proces-verbaal van verhoor [ge[getuige] d.d. 5 januari 2009 (dossierparagraaf 3.6).
Proces-verbaal van verhoor [getuige] d.d. 29 januari 2009 (dossierparagraaf 3.9).
Proces-verbaal van verhoor [g[getuige] d.d. 2 januari 2009 (dossierparagraaf 3.3).
Proces-verbaal van verhoor [getuige] d.d. 29 januari 2009 (dossierparagraaf 3.9).
Proces-verbaal van verhoor [getuige] d.d. 5 januari 2009 (dossierparagraaf 3.6).
Poces-verbaal van verhoor [g[getuige] d.d. 2 januari 2009 (dossierparagraaf 3.3).
Proces-verbaal van verhoor [getuige] d.d. 5 januari 2009 (dossierparagraaf 3.6).
Proces-verbaal van verhoor [g[getuige] d.d. 2 januari 2009 (dossierparagraaf 3.3).
Proces-verbaal van verhoor [getuige] d.d. 5 januari 2009 (dossierparagraaf 3.6)
Proces-verbaal van verhoor [getuige] d.d. 29 januari 2009 (dossierparagraaf 3.11).
Proces-verbaal van verhoor [g[getuige] d.d. 2 januari 2009 (dossierparagraaf 3.3).
Proces-verbaal van verhoor [getuige] d.d. 29 januari 2009 (dossierparagraaf 3.11).
Proces-verbaal van verhoor [getuige] d.d. 5 januari 2009 (dossierparagraaf 3.8).
Proces-verbaal van verhoor [getuige] d.d. 29 januari 2009 (dossierparagraaf 3.9).
Proces-verbaal van verhoor [getuige] d.d. 2 januari 2009 (dossierparagraaf 3.3).
Proces-verbaal van verhoor [getuige] d.d. 5 januari 2009 (dossierparagraaf 3.8).
Proces-verbaal van verhoor [getuige] d.d. 29 januari 2009 (dossierparagraaf 3.11).
Proces-verbaal van verhoor [getuige] d.d. 5 januari 2009 (dossierparagraaf 3.8).
Proces-verbaal van verhoor [g[getuige] d.d. 2 januari 2009 (dossierparagraaf 3.3).
Proces-verbaal van verhoor [getuige] d.d. 5 januari 2009 (dossierparagraaf 3.8).
Proces-verbaal van verhoor [getuige] d.d. (dossierparagraaf ).