NJ 1933, p. 170
Uitweg. Toegang tot de gemeene vaart. Behoeften van het erf. Gebruik van de sloot, welke toegang tot de gemeene vaart geeft. Buurweg, van het erf van den gebuur gescheiden door een erf, waarover geen weg loopt.
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
10 november 1932
- Magistraten
Mrs. Fentener van Vlisslngen, Visser, van den Dries, van Gelein Vltririga, Kranenburg.
- Zaaknummer
[10111932/NJ_1933,_p._170]
- Conclusie
Mr. Besier
- Noot
Prof. Mr. Paul Scholten
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS123946:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1932:257, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑11‑1932
- Wetingang
(BW art. 715, 719.)
Essentie
Uitweg. Toegang tot de gemeene vaart. Behoeften van het erf. Gebruik van de sloot, welke toegang tot de gemeene vaart geeft. Buurweg, van het erf van den gebuur gescheiden door een erf, waarover geen weg loopt.
Samenvatting
De stelling, dat de eigenaar van een stuk land of erf, hetwelk tot de gemeene vaart toegang geeft, bovendien krachtens art. 715 B. W. het recht heeft van de eigenaars der naastgelegen landen een uitweg tot den gemeenen weg te vorderen moet reeds op den duidelijken tekst van genoemd artikel afstuiten.
Wat betreft de vraag, of het Hof voldoende rekening ...