NJ 1962/334:Intrekking dagv. hoger beroep na tijdstip voor behandeling der zaak bepaald. Art. 266 lid 1 Sv. ook toepasselijk op dagv. in hoger beroep. Niet blijkt dat onderzoek t. t.r.z. is aangevangen.

NJ 1962/334

Intrekking dagv. hoger beroep na tijdstip voor behandeling der zaak bepaald. Art. 266 lid 1 Sv. ook toepasselijk op dagv. in hoger beroep. Niet blijkt dat onderzoek t. t.r.z. is aangevangen.

Documentgegevens:

HR 09-01-1962, ECLI:NL:HR:1962:48, m.nt. Prof. Mr. W.P.J. Pompe

Instantie: Hoge Raad
Datum: 9 januari 1962
Magistraten: Mrs. Feber, Westerouen van Meeteren, Kazemier, Loeff [Rapp.], de Meijere
Zaaknummer: [09011962/NJ_1962-334]
Conclusie: Mr. Moons
Noot: Prof. Mr. W.P.J. Pompe
Folio weergave: Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
JCDI: JCDI:ADS139362:1
Vakgebied(en): Archief (V)
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:1962:48, Uitspraak, Hoge Raad, 09‑01‑1962
Wetingang: (Sv art. 266, 412.)

Essentie

Intrekking dagv. hoger beroep na tijdstip voor behandeling der zaak bepaald. Art. 266 lid 1 Sv. ook toepasselijk op dagv. in hoger beroep. Niet blijkt dat onderzoek t. t.r.z. is aangevangen.

Samenvatting

Hoewel art. 266, eerste lid Sv. niet door verwijzing bij de artt. 412 e.v. Sv. op het hoger beroep toepasselijk is verklaardi moet uit hoofde van een redelijke procesorde worden aangenomen, dat ook in hoger beroep intrekking der op den voet van art. 412, tweede lid Sv. uitgebrachte dagv. kan plaats vinden en wel uiterlijk tot den aanvang van het onderzoek t. t.r.z. in hoger beroep. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.