NJ 2010, 304
Bevel tot sluiting der deuren na ordeverstoringen bij verhoor getuige.
HR 30-03-2010, ECLI:NL:HR:2010:BK5616, m.nt. Y. Buruma
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
30 maart 2010
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, J.W. Ilsink, J. de Hullu, W.F. Groos, M.A. Loth
- Zaaknummer
08/05131
- Conclusie
A-G Aben
- Noot
Y. Buruma
- LJN
BK5616
- JCDI
JCDI:ADS127161:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BK5616, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 30‑03‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BK5616, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 01‑12‑2009
Beroepschrift, Hoge Raad, 17‑04‑2009
- Wetingang
Sv art. 269
Essentie
Het Hof heeft in de ordeverstoringen ter terechtzitting tijdens het verhoor van de getuige B. aanleiding gezien een bevel tot sluiting der deuren te geven wat betreft het direct daarop aansluitende verhoor van de getuige A. Dat bevel, dat geen blijk geeft van miskenning van art. 269 Sv, behoefde geen nadere motivering. Het Hof was niet gehouden verantwoording af te leggen van zijn kennelijke oordeel dat ter voorkoming van verdere ordeverstoringen niet met minder verstrekkende maatregelen kon worden volstaan. Geen rechtsregel verplichtte het Hof om na het verhoor van de getuige A. — en nadat de deuren ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.