M en R 2023/103:Einduitspraak volgend op de tussenuitspraak van 30 juni 2021, ECLI:NL:RVS:2021:1395 inzake Windpark Delfzijl Zuid. In de tussenuitspraak heeft de Afdeling geoordeeld dat de windturbinebepalingen uit het Activiteitenbesluit en de Activiteitenregeling milieubeheer ten onrechte niet vooraf zijn gegaan door een ingevolge de SMB-richtlijn verrichte plan-MER. Door de raad en het college van Delfzijl is niet gewacht op het landelijke plan-MER, maar is voor het windpark voorzien in eigen normering voor wat betreft geluidhinder, lichtschittering, externe veiligheid en slagschaduw. Die normering is vergezeld gegaan van een locatiespecifieke onderbouwing. De Afdeling accordeert in de einduitspraak de door de raad en het college gehanteerde normstelling incl. onderbouwing.

M en R 2023/103

Einduitspraak volgend op de tussenuitspraak van 30 juni 2021, ECLI:NL:RVS:2021:1395 inzake Windpark Delfzijl Zuid. In de tussenuitspraak heeft de Afdeling geoordeeld dat de windturbinebepalingen uit het Activiteitenbesluit en de Activiteitenregeling milieubeheer ten onrechte niet vooraf zijn gegaan door een ingevolge de SMB-richtlijn verrichte plan-MER. Door de raad en het college van Delfzijl is niet gewacht op het landelijke plan-MER, maar is voor het windpark voorzien in eigen normering voor wat betreft geluidhinder, lichtschittering, externe veiligheid en slagschaduw. Die normering is vergezeld gegaan van een locatiespecifieke onderbouwing. De Afdeling accordeert in de einduitspraak de door de raad en het college gehanteerde normstelling incl. onderbouwing.

Documentgegevens:

ABRvS 12-04-2023, ECLI:NL:RVS:2023:1433, m.nt. T. Rötscheid

Instantie: Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Datum: 12 april 2023
Magistraten: Van Diepenbeek, Jurgens, Gundelach
Zaaknummer: 202003882/3/R3
Noot: T. Rötscheid
Folio weergave: Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
JCDI: JCDI:ADS855052:1
Vakgebied(en): Milieurecht / Algemeen
Milieurecht / Inrichtingen en activiteiten - vergunningen
Brondocumenten: ECLI:NL:RVS:2023:1433, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 12‑04‑2023
Wetingang: (Par. 3.2.3 Abm; par. 3.2.3 Arm (oud); art. 2, 3 SMB-richtlijn)

Essentie

Einduitspraak volgend op de tussenuitspraak van 30 juni 2021, ECLI:NL:RVS:2021:1395 inzake Windpark Delfzijl Zuid. In de tussenuitspraak heeft de Afdeling geoordeeld dat de windturbinebepalingen uit het Activiteitenbesluit en de Activiteitenregeling milieubeheer ten onrechte niet vooraf zijn gegaan door een ingevolge de SMB-richtlijn verrichte plan-MER. Door de raad en het college van Delfzijl is niet gewacht op het landelijke plan-MER, maar is voor het windpark voorzien in eigen normering voor wat betreft geluidhinder, lichtschittering, externe veiligheid en slagschaduw. Die normering is vergezeld gegaan van een locatiespecifieke onderbouwing. De Afdeling accordeert in de einduitspraak de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.