NJ 2012/346
OM niet-ontvankelijk na vervolging in strijd met Aanwijzing opsporing en vervolging inzake seksueel misbruik.
HR 03-04-2012, ECLI:NL:HR:2012:BU3452, m.nt. J.M. Reijntjes
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
3 april 2012
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, J. de Hullu, H.A.G. Splinter-van Kan, W.F. Groos, Y. Buruma
- Zaaknummer
S 10/01265
- Conclusie
A-G mr. J. Silvis
- Noot
J.M. Reijntjes
- LJN
BU3452
- JCDI
JCDI:ADS161500:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2012:BU3452, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 03‑04‑2012
- Wetingang
Essentie
OM-cassatie. Vervolging wegens zedendelicten na aangifte met aspecten van hervonden herinneringen. In strijd met Aanwijzing opsporing en vervolging inzake seksueel misbruik is de Landelijke expertisegroep bijzondere zedenzaken niet geconsulteerd. Beslissing tot vervolging daardoor zo onzorgvuldig dat openbaar ministerie volgens rechtbank en hof niet-ontvankelijk is in zijn vervolging. Hoge Raad verwerpt cassatieberoep tegen die beslissing.
Samenvatting
Aan de verdachte is tenlastegelegd dat hij in de periode maart 1992-november 1994 zedendelicten heeft gepleegd met een meisje dat toen de leeftijd van 12 jaren nog niet had bereikt. In die periode was de verdachte 13 tot 15 jaar oud. Op 22 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.