BA 2017/277
Bestuurlijke boete wegens hotelmatige exploitatie van woning via Airbnb; begrip woonruimte, cautie, binnentreden woning
ABRvS 13-09-2017, ECLI:NL:RVS:2017:2473
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
13 september 2017
- Zaaknummer
201604206/1/A3
- Vakgebied(en)
Horecarecht / Exploitatievergunning (APV)
Bestuursrecht algemeen / Handhaving algemeen
Bestuursrecht algemeen / Algemene beginselen van behoorlijk bestuur
Bouwrecht / Woonrecht
Bestuursrecht algemeen / Toezicht
Bestuursrecht algemeen / Voorbereiding
Staatsrecht / Wetgeving
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2017:2473, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 13‑09‑2017
- Wetingang
Art. 5:10a lid 1 en 2, 5:13 en 5:46 lid 3 Algemene wet bestuursrecht (Awb); art. 1 lid 1 en 4 Algemene wet op het binnentreden (Awbi); art. 1 onder b, 30 lid 1 en 2, 77 en 85a Huisvestingswet (oud); Huisvestingswet 2014; art. 1, 26 lid 1, 2 en 3, 27 en 59 en bijlage 5 bij Regionale Huisvestingsverordening Stadsregio Amsterdam 2013; art. 6 Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM)
Essentie
Bestuurlijke boete wegens hotelmatige exploitatie van woning via Airbnb; begrip woonruimte, cautie, binnentreden woning
Samenvatting
Een woonruimte in de zin van [de] Huisvestingswet is een besloten ruimte die, al dan niet tezamen met een of meer andere ruimten, bestemd of geschikt is voor bewoning door een huishouden. Uit de [wetsgeschiedenis] van deze bepaling volgt dat ook voor bewoning bestemde ruimten die het kenmerk van zelfstandigheid ontberen, woonruimte kunnen zijn in de zin van de Huisvestingswet. Vereist is wel dat ze als zodanig bestemd of geschikt moeten zijn voor bewoning door een huishouden. De rechtbank heeft op goede ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.