Einde inhoudsopgave
Besluit minimumloon en minimumvakantiebijslag
Artikel 1a
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2018
- Redactionele toelichting
Voorheen art. 2. De tekst van dit artikel is opnieuw vastgesteld.
- Bronpublicatie:
22-09-2017, Stb. 2017, 359 (uitgifte: 03-10-2017, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-03-2017, Stb. 2017, 290 (uitgifte: 04-07-2017, kamerstukken: 33623)
- Afhankelijke geldigheid
Treedt tegelijk in werking met de wet van 29-03-2017 (Stb. 290).
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
1.
Voor de toepassing van het bij of krachtens de wet bepaalde wordt onder dienstbetrekking als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de wet mede verstaan de arbeidsverhouding van degene die, anders dan krachtens een overeenkomst van opdracht als bedoeld in artikel 400 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, arbeid tegen beloning verricht, tenzij deze arbeid wordt verricht in de uitoefening van een bedrijf of in de zelfstandige uitoefening van een beroep.
2.
In het geval, bedoeld in het eerste lid, wordt onder werkgever verstaan de wederpartij met wie de overeenkomst, die ten grondslag ligt aan de arbeidsverhouding, is aangegaan.