Einde inhoudsopgave
Mededeling 2022/C 414/01 van de Commissie Kaderregeling betreffende staatssteun voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie
3.2.6.1 Vaststelling van de in aanmerking te nemen positieve effecten
Geldend
Geldend vanaf 28-10-2022
- Redactionele toelichting
De datum van afkondiging en inwerkingtreding is de datum van het Publicatieblad.
- Bronpublicatie:
28-10-2022, PbEU 2022, C 414 (uitgifte: 28-10-2022, regelingnummer: 2022/C 414/01)
- Inwerkingtreding
28-10-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-10-2022, PbEU 2022, C 414 (uitgifte: 28-10-2022, regelingnummer: 2022/C 414/01)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
EU-recht / Marktintegratie
Staatssteun (V)
133
Er is een correlatie tussen economische groei en O&O&I-investeringen. O&O&I-activiteit leidt tot een verhoging van de productiviteit en stimuleert de economische ontwikkeling. O&O&I is derhalve een belangrijke factor voor ondernemingen in de Unie om economische ontwikkeling te garanderen door nieuwe producten, technologieën, diensten of productieprocessen te ontwikkelen.
134
Investeringen in O&O&I zijn van zeer groot belang voor de ontwikkeling van alle sectoren van de economie omdat ze nauw verbonden zijn met productiviteit.
135
Als eerste stap van de afwegingstoets zal de Commissie de positieve effecten van de steun op de ondersteunde economische activiteit beoordelen, terdege rekening houdend met de O&O&I-activiteit die door de betrokken steunmaatregel op gang wordt gebracht, of met de omvang, de reikwijdte of de snelheid van het O&O&I-project dat door de steunmaatregel moet worden versterkt.
136
Daarnaast kan de Commissie ook beoordelen of de steun bredere positieve O&O&I-gerelateerde effecten teweegbrengt. Wanneer dergelijke bredere positieve effecten een afspiegeling zijn van die in de beleidslijnen van de Unie, zoals de mededelingen betreffende de nieuwe EOR voor onderzoek en innovatie, de Europese Green Deal, de Europese digitale strategie en de nieuwe industriestrategie voor Europa, kan worden aangenomen dat O&O&I-steun die op die beleidslijnen van de Unie is afgestemd, dergelijke bredere positieve effecten zal hebben.
137
De Commissie erkent dat zowel particuliere als publieke investeringen nodig zijn om O&O&I-activiteiten te ondersteunen en te versnellen in kritieke technologieën, die, wanneer zij op de markt worden ingezet, de digitale transformatie van de bedrijfswereld van de Unie en de overgang van de Unie naar een koolstofarme of koolstofneutrale economie en een circulaire economie zonder vervuiling mogelijk maken en waar het natuurlijk kapitaal wordt beschermd. De Commissie staat positief tegenover door de lidstaten gesteunde O&O&I-activiteiten die in overeenstemming zijn met Verordening (EU) 2020/852 van het Europees Parlement en de Raad (1): deze laatste vormt een van de mogelijke methoden om O&O&I-activiteiten voor technologieën, producten of andere oplossingen voor ecologisch duurzame economische activiteiten vast te stellen.
138
Lidstaten die overwegen om O&O&I-steun toe te kennen, moeten de nagestreefde doelstelling nauwkeurig omschrijven, en met name uitleggen hoe de maatregel O&O&I beoogt te bevorderen. Voor maatregelen met cofinanciering van de Europese structuur- en investeringsfondsen kunnen de lidstaten zich op de argumentatie in de desbetreffende operationele programma's baseren.
139
De Commissie stelt zich positief op tegenover steunmaatregelen die integrerend deel uitmaken van een omvattend programma of actieplan om O&O&I-activiteiten of strategieën voor slimme specialisatie te bevorderen, en die worden ondersteund door strenge doorlichtingen van vergelijkbare steunmaatregelen uit het verleden die hun doeltreffendheid aantonen.
140
Met betrekking tot staatssteun voor projecten of activiteiten die ook — direct of indirect — worden gefinancierd door de Unie (d.w.z. door de Commissie, door haar uitvoerende agentschappen, door gemeenschappelijke ondernemingen opgericht overeenkomstig de artikelen 185 en 187 van het Verdrag, of door andere uitvoeringsinstanties wanneer de Uniefinanciering niet direct of indirect onder de controle van de lidstaten staat), zal de Commissie de gerelateerde positieve effecten als vaststaand beschouwen.
Onbenoemd 3.2.6.1.1 Bijkomende argumenten voor individuele steun
Voetnoten
Verordening (EU) 2020/852 van 18 juni 2020 betreffende de totstandbrenging van een kader ter bevordering van duurzame beleggingen en tot wijziging van Verordening (EU) 2019/2088 (PB L 198 van 22.6.2020, blz. 13).