Einde inhoudsopgave
Landsverordening toelating en uitzetting [Curaçao]
Artikel 22a
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Bronpublicatie:
29-11-2010, Publicatieblad van Curaçao 2010, 5 (uitgifte: 23-12-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-11-2010, Publicatieblad van Curaçao 2010, 5 (uitgifte: 23-12-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht / Algemeen
Vreemdelingenrecht / Verblijf
1.
Met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze landsverordening bepaalde zijn belast de daartoe bij landsbesluit aangewezen personen. Een zodanig landsbesluit wordt bekendgemaakt in De Curaçaosche Courant.
2.
De krachtens het eerste lid aangewezen personen zijn, uitsluitend voor zover dat in het kader van de voorbereiding van de beslissing tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 7, eerste lid, redelijkerwijze noodzakelijk is, bevoegd:
- a.
alle inlichtingen te vragen;
- b.
inzage te verlangen van alle boeken, bescheiden en andere informatiedragers en daarvan afschrift te nemen;
- c.
alle plaatsen, met uitzondering van woningen zonder de uitdrukkelijke toestemming van de bewoner, te betreden, vergezeld van door hen aangewezen personen;
- d.
vaartuigen en voertuigen te doen stilhouden en te onderzoeken.
3.
Zo nodig, wordt de toegang tot een plaats als bedoeld in het tweede lid, onderdeel c, verschaft en wordt het stilhouden van de vaar- en voertuigen als bedoeld in het tweede lid, onderdeel d, afgedwongen met behulp van de sterke arm.
4.
Aan de landsgrenzen en in douanezones van Curaçao zijn douaneambtenaren bevoegd:
- a.
inzage te vorderen van de identiteitsdocumenten van de opvarenden van een schip of luchtvaartuig en deze tijdelijk in te nemen;
- b.
zich ten alle tijde tot uitoefening van hun dienst aan boord te begeven van elk zich binnen de territoriale wateren en het grondgebied van Curaçao bevindend schip of luchtvaartuig;
- c.
het schip of luchtvaartuig te doorzoeken;
- d.
zich te allen tijde tot uitoefening van hun dienst te begeven op particuliere werven, kaden of vliegvelden;
- e.
van de gezagvoerder inzage te vorderen van alle documenten, betrekking hebbende op het schip of luchtvaartuig.
5.
Bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, kunnen regels worden gesteld met betrekking tot de wijze van taakoefening van de in het eerste en vierde lid bedoelde ambtenaren.
6.
Een ieder is verplicht aan de in het eerste lid en vierde lid bedoelde personen alle medewerking te verlenen die op grond van het tweede, vierde en vijfde lid wordt gevorderd.