HR, 22-05-2012, nr. 10/03532
ECLI:NL:HR:2012:BW5643
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
22-05-2012
- Zaaknummer
10/03532
- Conclusie
Mr. Silvis
- LJN
BW5643
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:PHR:2012:BW5643, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑05‑2012
Arrest Hoge Raad: ECLI:NL:HR:2012:BW5643
ECLI:NL:HR:2012:BW5643, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 22‑05‑2012; (Cassatie)
Conclusie: ECLI:NL:PHR:2012:BW5643
- Vindplaatsen
Conclusie 22‑05‑2012
Mr. Silvis
Partij(en)
Nr. 10/03532(1)
Mr. Silvis
Zitting 6 maart 2012
Conclusie inzake:
[Verdachte]
1.
Verdachte is bij arrest van 16 juni 2010 door het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch veroordeeld.
2.
Verdachte heeft niet binnen de bij de wet gestelde termijn bij de Hoge Raad door een raadsman een schriftuur houdende middelen van cassatie doen indienen. Verdachte kan derhalve niet worden ontvangen in zijn beroep in cassatie.
3.
Deze conclusie strekt tot niet-ontvankelijkverklaring van verdachte in zijn cassatieberoep.
De Procureur-Generaal
bij de Hoge Raad der Nederlanden
AG
1 Deze zaak hangt samen met de ontnemingzaak tegen verdachte 10/03533, waarin ik heden eveneens concludeer.
Uitspraak 22‑05‑2012
Inhoudsindicatie
Peek. Verdachte n-o.
Partij(en)
22 mei 2012
Strafkamer
nr. S 10/03532
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 16 juni 2010, nummer 20/004878-07, in de strafzaak tegen:
[Verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1958, wonende te [woonplaats].
1. geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de verdachte. Middelen van cassatie zijn namens deze niet voorgesteld.
De Advocaat-Generaal Silvis heeft geconcludeerd dat de verdachte niet-ontvankelijk zal worden verklaard in het beroep.
2. Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep
Nu de verdachte niet binnen de bij de wet gestelde termijn bij de Hoge Raad door een raadsman een schriftuur houdende middelen van cassatie heeft doen indienen, is niet in acht genomen het voorschrift van art. 437, tweede lid, Sv, zodat de verdachte in het beroep niet kan worden ontvangen.
3. Beslissing
De Hoge Raad verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter, en de raadsheren H.A.G. Splinter-van Kan en J. Wortel, in bijzijn van de waarnemend griffier A.C. ten Klooster, en uitgesproken op 22 mei 2012.